• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

08
MRT
2010

21. Geen taalproblemen

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off

Predikanten Neomagus wonen en werken tussen 1650 en 1800 zowel in het Rheinland, met name in stadjes als Baerl en Orsoy in de regio Moers, als in Staats-Brabant. Hebben zij geen problemen met de taal? Vermoedelijk niet.

Niederrheinisches Plattdeutsch

De graafschappen Moers, Ost-Friesland, Bentheim, Lingen, Kleef en Gulik vormen met de republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een gemeenschappelijke arbeidsmarkt voor predikanten, dank zij de overeenkomsten in enerzijds leer, liturgie en kerkorde, anderzijds in bestuur, cultuur en taal. In delen van de republiek en in het aangrenzende deel van Duitsland, nu bekend als Niederrhein, spreekt men dan immers een Nederduits dialect, het niederrheinisches Plattdeutsch, dit in tegenstelling tot het Hoogduits uit Midden- en Zuid-Duitsland en het Nederduitse dialect uit Holland en Zeeland, het latere Nederlands. In kerkelijke akten en religieuze geschriften is de taal niet Plattdeutsch maar ‘reines Holländisch’.

Opkomst volkstaal

De renaissance, de reformatie en een nationaal bewustzijn zorgen vanaf de 16de eeuw voor een opkomst van de volkstalen. De renaissance zorgt voor een hernieuwde oriëntatie op werken uit het klassieke Latijn, die een vertaling nodig hebben. De reformatie vraagt ook om geschriften in de volkstaal om de niet-bestudeerde burgers te bereiken. In de republiek en in het Rheinland is de volkstaal het Nederduits met zijn dialecten. Het Nederlands en het Duits worden dan nog niet gezien als verschillende grootheden.1 Duits of Diets betekent overigens niets anders dan ‘(de taal) van het volk’. De Nederlandse hervormde kerk heet tot 1816 de Nederduitse gereformeerde kerk.

Ripuarisch

Officieel heet de taal of het dialect van het Rheinland het Ripuarisch. In de atlas van bedreigde talen van de Unesco, in februari 2009 gepubliceerd, staat dat het Ripuarisch nog niet bedreigd, maar wel ‘onveilig’ is. Het omvat de door 2,6 miljoen mensen gesproken dialecten in het gebied van zuidoostelijk Nederland en oostelijk België tot aan Keulen. Het Ripuarisch is die Schprooch wu im Rheinland geredd werd.2 Wat taalfamilie betreft zit het Ripuarisch volgens de online encyclopedie Wikipedia in de lijn: Indo-Europees – Germaans – West-Germaans – Middelduits – Ripuarisch. De Ripuariërs zijn in de oudheid een stam van de Franken aan de middenloop van de Rijn. Ripa is een Latijns woord voor oever.

Oranjes

Het gegeven, dat het graafschap Moers lange tijd nauwe banden heeft met Holland is niet vreemd aan het gebruik van het Hollands in geschriften. Graaf Hermann trouwt in 1538 met Magdalena, een zus van Willem van Oranje. Willem zelf ligt in 1572, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, geruime tijd met een troepenmacht in Orsoy bij Moers. In 1597 lijft prins Maurits het graafschap in na het verdrijven van de Spaanse troepen. Maurits wordt in 1600 de graaf en de Oranjes blijven er tot 1702.

 

Ook via de nabije stad Wesel komt de Nederduitse versie van de taal vanuit Holland het Rheinland binnen. Vanaf het begin van de hervorming herbergt Wesel namelijk veel geloofsvluchtelingen uit Holland. Een aantal van hen blijft in het Rheinland en wordt er predikant. Van invloed zijn ook de wederdopers, van wie de meesten uit de Nederlanden komen. Het zijn fanatieke rondtrekkende ‘apostelen’ die met name in de periode voorafgaande aan de protestantisering van het graafschap Moers veel aanwezig zijn.3

Spreektaal

Er is nog een factor die maakt dat het Nederduits uit Holland in de 17de eeuw in het Rheinland nagenoeg de spreek- en preektaal is, te weten de invloed van de Hollandse garnizoenen. Eén zo’n garnizoen is van 1633, wanneer Willem van Nassau er de Spanjaarden verslaat, tot 1672, de komst van de Fransen, in Orsoy gelegerd. Nabije steden als Wesel, Rees, Emmerich en Rheinberg hebben eveneens Hollandse garnizoenen.

Orsoy

In Orsoy vinden we gemiddeld tien compagnieën soldaten, in 1671 en 1672 zelfs elf compagnieën voetvolk en vier te paard. Zodoende zijn zo’n veertig jaar lang tussen zeshonderd en negenhonderd Hollanders in Orsoy gestationeerd op een ‘eigen’ bevolking van nog geen duizend! De meeste soldaten zijn bij burgers ingekwartierd. Veel Hollanders trouwen in Orsoy en omgeving en krijgen er kinderen. De in 1649 aantredende dominee Andreas Saurenhausen is tevens garnizoenspredikant en preekt daarom in het Nederlands. In 1671 doopt dominee Johann Rappard 58 kinderen van veelal Hollandse militairen tegenover 30 van burgers. Het is voor Orsoy een periode van welvaart. Daaraan komt een einde bij een inval van de Fransen in het ‘rampjaar’ 1672. Veel inwoners vluchten dan naar de Nederlanden en keren niet terug.4

Nederlandse teksten

Een tekst in de protestantse kerk van Orsoy uit 1658, een van de jaren met grote overstromingen en ijsgang, is nagenoeg in het Nederlands gesteld: Anno MDCLVIII,  de XXVIII (28) february, den Ryn met ys bedeckt, een floer voor paert en wagen, staackt synen loop en staat vast als een muir, veel daagen! Maer door een soete lucht ontlaeten, breckt syn decksel en ruckt met kraek op kraek voorby, geeft breuck en letsel aen wercken deeser stat, aen dyck en dam en velden. Tot hieraen ging zyn vloet, men mag t aen kinskind melden.5

 

De binnenzijde van het omslag van een geschiedenisboek over Orsoy bevat een tekening van Orsoy, gezien vanaf de Rijn, in of k

Nagenoeg Nederlandse tekst over het Duitse Orsoy.

ort na 1672. Het bijschrift is gesteld in het Frans en in het Nederlands6: Orsoy is een vande cleijnste stedekens van het landt van Cleve op de noordt zijde van den Rijn een mijl van Rijnberck, gebouwt op de manier van ’t Casteel van Antwerpen, inden Iaere 1614 duerende den twist tußchen den Hertogh van Brandenborg en Nieuwenborgh om het Hertogdom van Cleef en Gulich heeft het Spinola voor den Nieuwenborgher verovert ende is alsoo het stedeken Spaens gebleven tot den iaere 1633 als wanneer het naer 7 daeghen belegh Frederick Hendrick is overgegeven, nu inghenomen door Lowies de XIV, Coningh van Vranckrijck den 3. Iunij 1672.

 

In het oude stadhuis van Rheinberg, waar in de 17de en 18de eeuw ook Neomagi en verwanten wonen, zit een gevelsteen uit 1449 met de tekst In het jaar ons Herren MCCCCXLIX is dit huys aengelagt op St. Barnabasdag.7 Het Nederduits dateert dus al uit de middeleeuwen.

 

Het Heiratsregister van Baerl bevat een huwelijksinschrijving uit 1689 van Wilhelm Driesch, lid van een adellijke familie die tegenover de kerk van Baerl woont. De Neomagi hebben er veel mee te maken. De tekst is bijna Nederlands:  Den 19. Juny 1689 getrouwt de Welgebooren Heer Wilhelm Driesch vant Loe met de welgeboren Juffer Dorothea van Hafften van Baarll. De man is Welgebooren met hoofdletter en dubbele o, de vrouw welgeboren met kleine letter en enkele o. De schepen neemt het niet zo nauw. We zien verder dat hij Baerl dan als Baarll schrijft.

Banden

Predikanten kunnen zich door de vloeiende taalgrenzen gemakkelijk aanpassen aan het spraakgebruik in een andere regio. De Neomagi zijn er een voorbeeld van. Dan weer vinden we ze in de Brabantse Peel en Kempen, dan weer in het honderd kilometer oostelijker gelegen Rheinland. Dat geldt ook voor andere predikantenfamilies. Tot in het begin van de 19de eeuw zien we dat in de Nederlanden wonende Neomagi, ook niet-predikanten, familiebanden hebben met Orsoy, Baerl en Rheinberg.

Platduits

Het is opvallend hoeveel woorden in de dialecten van Baerl, Orsoy en omgeving enerzijds en van oostelijk Brabant en Limburg anderzijds herkenbaar zijn gebleven. Georg Kreischer, de geschiedschrijver van de Evangelische Gemeinde van Baerl, schrijft er in 1993 een boekje over: Platte Wört gau verklört8 Wie tijdens de carnaval een pronkzitting in een van de Rheinlandse steden op de televisie ziet, merkt dat het Platduits goed te volgen is.9

Verduitsing

Het Rheinland verliest na 1702, als het graafschap Moers bij Pruisen komt, door een politieke en taalkundige verduitsing ook de culturele en kerkelijke band met de Nederlanden. Het Nederduits raakt bij de staatshervorming als kerk- en schooltaal geleidelijk aan geïsoleerd ten opzichte van het Hoogduits van de ambtenarij, de economie en de rest van de maatschappij. Het Hoogduits wordt in Duitsland geleidelijk aan de standaardtaal.

 

De predikanten van gemeenten als Rheinberg en Orsoy blijven tot diep in de 18de eeuw dopen en huwelijken in het Nederduits, nagenoeg in het Nederlands, inschrijven. Dat is immers nog lang de volkstaal en spreektaal. Samuel Neomagus, predikant in Orsoy, schrijft in 1764 in het Nederlands zijn Het geslagt register der Neomagüssen.
Het aantal naar de Nederlanden komende predikanten neemt in de 18de eeuw overigens sterk af. Dat geldt ook voor de Neomagi. Johannes Neomagus (VI-1) is in 1717 de laatste die vanuit het Rheinland (Kervenheim) naar de Nederlanden (Dieden) komt. Hij keert al in 1720 terug naar zijn geboortegrond. Wel vestigen tal van Neomagi – geen predikanten –  zich in die periode vanuit het Rheinland in Hollandse steden als Amsterdam, Delft, Gouda, Dordrecht, Rotterdam en Tiel.

  1. Geschiedenis van het Nederlands, pag. 186.↩

  2. NRC Handselsblad van 20 februari 2009. De online encyclopedie Wikipedia bevat veel informatie over het Ripuarisch.↩

  3. Kastner, Orsoy, p. 208-209.↩

  4. Kastner, Orsoy, p. 261.↩

  5. Kastner, Orsoy. FAJN.↩

  6. Zie ook Elio Pelzers, p. 29 en 82.↩

  7. FAJN.↩

  8. Herinnering van de auteur uit de jaren zeventig. Als zijn in de Achterhoek wonende schoonvader en diens  familie aan de andere kant van de grens ‘plat’ met elkaar praten, blijken ze elkaar prima te verstaan.↩

  9. Van Lieburg, p 236.↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.