• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

09
MRT
2010

VI-7 Maria Peijpers-Neomagus

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off

(1695-1768), domineesvrouw,
dochter van Theodorus, V-5

Van het vijfde en jongste kind van dominee Theodorus Neomagus uit Eersel en zijn vrouw Emilia Waterbeek, is vrij veel bekend. Ook omdat ze trouwt met haar neef Wilhelmus Peijpers, wiens gezinssamenstelling uitvoerig is beschreven.1 Maria ziet het levenslicht op 2 november 1695 in Eersel. Haar vader doopt haar op zondag 6 november: Den 2 November, sijnde donderdagh de klocke vier ueren naar de middagh, is geboren de dogter van de Heer Theodorus Neomagus pred(ika)nt tot Eersel, genaamt Maria en gedoopt den 6. dito 2 Deze aantekening staat in een ‘narigtingh’ uit 1717, een aanvulling in het Kerkeboek van Theordorus’ opvolger en schoonzoon Willem Peijpers, die met Maria trouwt.

Huwelijk

Achttien jaren jong trouwt ze, op 6 mei 1714, in Eersel met haar zestien oudere volle neef Wilhelmus, Wilhelm of Willem Peijpers, predikant in Valkenswaard, Dommelen, Borkel en Schaft, een van de buurgemeenten. Van 1717 tot zijn dood in 1748 is Peijpers predikant in Eersel, Duisel en Steensel als opvolger van zijn schoonvader Theodorus Neomagus.

Willem Peijpers

Willem Peijpers is de op 22 oktober 1679 in Orsoy geboren zoon van burgemeester-koopman Johan Peijpers en diens echtgenote Catharina Neomagus (V-1), de oudste dochter van Hendrich Neomagus en Margaretha Moll (IV-1). Het doopregister van Orsoy zegt: Den 22 dito (oktober 1679) H(err) Burger Johan Piper, Catrina sein frauw einen Sohn Willem lassen taufen. 3
Maria’s vader Theodorus is een broer van Catharina. Willem gaat op jonge leeftijd naar zijn zwager dominee Johannes Neomagus in de gemeente van Hooge en Lage Mierde en Hulsel, getrouwd met Willems bijna twintig jaar oudere zus Margaretha. Hij leert er talen en theologie. Op 30 april 1698 staat Willem ingeschreven aan de hogeschool (universiteit) van Duisburg, waar hij les krijgt van de dan beroemde hoogleraar Henricus Hulsius.

Valkenswaard

In 1704 keert hij terug naar Brabant met de vereiste kerkelijke en academische getuigschriften, om op 9 april tijdens een vergadering van de classis in Eindhoven met succes preparatoir (voorbereidend) examen te doen. Hij wordt aangenomen als proponent (kandidaat-predikant). Maar hij slaagt er vooralsnog niet in een vaste standplaats te krijgen. Vermoedelijk neemt hij her en der waar. Pas in augustus 1709 krijgt hij een beroep van de gemeente van Valkenswaard, Dommelen, Borkel en Schaft, waar dominee Simon van Heerden vertrokken is naar Noordscharwoude. De Raden van Staten der Verenigde Nederlanden gaan akkoord met zijn benoeming, waar Willem op 24 september tijdens een classicale vergadering in Helmond met goed gevolg peremptoir (het laatste examen van de theologische studie om als predikant te worden toegelaten) wordt geëxamineerd. Zijn broer Matthias, predikant in Son en Breugel, bevestigt hem op 14 oktober 1709 in het ambt. In het boek Van Wedert tot Valkenswaard 4 is sprake van waarnemend-dominee Peijpers en van zijn officiële benoeming tot predikant in 1711. In 1714 trouwt hij met zijn nichtje Maria Neomagus. In 1716 is Willem kandidaat voor de post in Son en Breugel, maar daar wordt Herm. Kuijpers beroepen. Op 28 september 1717 wordt Willem beroepen in de gemeente van Eersel, Duizel en Steensel en op 7 november volgt daar zijn intrede. Hij volgt er zijn schoonvader Theodorus Neomagus op die op 15 maart 1716 is overleden. Op 1 januari 1720 bevestigt Willem op zijn beurt zijn broer Matthias als predikant van Eindhoven. In 1721 bevestigt Willem dominee Johannes van Loo in Lommel, waar hij, Peijpers, in 1738 als invaller de doop bedient.
Het domineesgezin woont in Valkenswaard in een huurhuis van doctor Johan Bijnen in de Reghtestraat, later in de Bakkerstraat.

Kinderen

Het paar krijgt, de bloedverwantschap ten spijt, tussen 1717 en 1734 negen kinderen, van wie er vier jong sterven:5

1. Johan of Jan Peijpers, genoemd naar grootvader Johannes Peijpers, geboren in Valkenswaard op 30 april 1715, daar gedoopt op 5 mei. Getuigen zijn grootvader Theodorus Neomagus, predikant in Eersel, en grootmoeder Catharina Neomagus uit Orsoy. Tijdens de kerstviering van 25 december 1733 wordt zoon Jan als lidmaat aangenomen. Hij gaat op 5 mei 1734 met attestatie naar Boxtel en komt in 1739 met attestatie van Lommel terug naar Eersel. Jan trekt uiteindelijk naar Orsoy en is daar overleden op 26 oktober 1776, begraven op 30 oktober. Hij is winkelier van beroep en trouwt in 1742 in Orsoy met… Maria Margaretha Peijpers (Orsoy 1704-1781), dochter van Johannes Peijpers, zoon van Johannes Peijpers en Catharina Neomagus, en Anna Sophia Vonck. Dit paar, ook volle neef en nicht, krijgt twee kinderen die rond hun tiende sterven. Hun nalatenschap gaat grotendeels naar Robbertina Peijpers, tweede dochter van Jans broer Hendrick.

 

2. Emilia of Aemilia Peijpers, genoemd naar grootmoeder Emilia Neomagus-Waterbeek, geboren in Valkenswaard op 12 mei 1717, daar gedoopt op 15 mei. 6 Ze wordt in Eersel, in de kerk van haar vader, als lidmaat aangenomen op 21 december 1736. Emilia blijkt geestesziek en gaat na het overlijden van haar vader in 1748 naar het ‘sinnelooshuijs Reinier van Arkel’ in ’s-Hertogenbosch. Daartoe dient moeder Maria op 27 augustus 1748 een request in bij het stadsbestuur, hetgeen wordt toegestaan. Emilia sterft er op 11 juli 1752, 35 jaar jong. 7

 

3. Theodorus Peijpers, genoemd naar grootvader Theodorus Neomagus, gedoopt in Eersel op 6 oktober 1720, daar overleden op 13 oktober en begraven op 16 oktober 1732.

 

4. Hendricus Peijpers, een voornaam die in beide families veel voorkomt, geboren in Eersel op 31 mei 1723, daar gedoopt op 4 juni. Op 6 oktober 1743 wordt Henderik, zoals zijn vader dan schrijft, naar voorgaand onderzoek over de voornaamste stücken van den gods(diens)t voor de volle gemeente gedaan lidmaat. Hij gaat op 30 november 1745 met attestatie naar Den Haag. 8 Van 1767 tot 1789 verblijft hij in de kolonie Berbice, thans Brits Guyana, waar hij directeur is van enkele plantages. Hendrick is in Kalkar overleden op 2 mei 1800, daar begraven op 4 mei.
Hij trouwt in 1752 in ‘s-Hertogenbosch Maria Elisabeth Buschman (‘s-Hertogenbosch 1731-1762), dochter van Robbert Buschman en Helena Borduur. Uit het huwelijk van Hendrik en Maria worden zeven kinderen geboren:

    1. – Maria (1753-1841), getrouwd met Christian Knipscheer.
    2. – Robbertina (1754-1804), getrouwd met Gerhard Knipscheer, broer van Christian.
    3. – Wilhelmus (1756-1818), getrouwd met Bruintje Baggerman. Wilhelmus is een voorvader van de huidige leden van de familie Peijpers.9
    4. – Theodorus (1757-1772).
    5. – Hendrick (1759-1803).
    6. – Jan Samuel (1761).
    7. – Johannes Bernardus (1762). Moeder Maria Buschman sterft in het kraambed van de jongste.
Vader Hendrick brengt zijn kinderen in augustus 1765 onder in een weeshuis om in 1767 naar de West te vertrekken.

Buschman

Buschman is een uitgebreid predikantengeslacht 10 uit het Duitse Brüggen, waarvan vijf leden het ambt vervullen in het tot 1810 zelfstandige vorstendom Ravenstein. De oudste is Petrus die in 1687 van Slijk-Ewijk komt en tot zijn emeritaat in 1721 in Ravenstein blijft. Diens zoon Wilhelmus (1699) volgt hem daar in 1721 op en besluit zijn loopbaan in Grave, waar hij dominee is van 1735 tot zijn emeritaat in 1773. Hij wordt in Ravenstein opgevolgd door zijn broer Godfried Clemens Buschman (1703), in 1732 predikant in Lommel, vanaf 1735 in Ravenstein tot zijn dood in 1756.De volgende dominee van Ravenstein is weer een Buschman, Wilhelmus Engelbertus, een zoon van Wilhelmus Engelbertus Buschman, in 1720 predikant in de Mierden, vanaf 1749 in Geffen en Nuland tot zijn dood in 1754. Wilhelmus jr. gaat in 1766 naar Boxtel, Esch en Liempde en blijft daar tot zijn dood in 1781. Isaac of Isaacus is de vijfde Buschman op rij in Ravenstein. Hij is er relatief kort, van 1766 tot 1771, en dient daarna, tot zijn dood in 1813 de gemeente van Oss en Heesch. Dan hebben we nog Florentius Buschman (1729), zoon van Wilhelmus jr., van 1755 tot zijn dood in 1757 predikant van Alem en Maren, en Petrus Buschman, van 1770 tot zijn dood in 1775 predikant in Bladel, Hapert, Reusel en Netersel. De familienaam Buschman bestaat ook in de 21ste eeuw.

 

Vervolg van de kinderen van Maria Peijpers-Neomagus:

5. Bernardus, genoemd naar zijn overgrootvader Bernardus Waterbeek, geboren in Eersel op 8 oktober 1725, daar gedoopt op 12 oktober, al op 30 november van dat jaar in Eersel overleden.

 

6. Catharina, genoemd naar grootmoeder van de syde des vaders Catharina Peijpers-Neomagus, geboren in Eersel op 31 maart 1727, daar gedoopt op 6 april. Catharina wordt als lidmaat aangenomen op 23 december 1747. Op 1 oktober 1760 komt ze naar Nuland. Ze trouwt op 25 juni 1764 in Oss (9 juni ondertrouw in Nuland) met Popeus Wouter van Noorda, gedoopt in Venlo op 15 oktober 1739, begraven in Oss op 5 januari 1787, zoon van Petrus Casijn van Noorda en van Anna Maria de Roij. Catharina is begraven te Oss op 1 mei 1806. Uit dit huwelijk twee kinderen:

    1. Petrus Casijn van Noorda, in Oss gedoopt op 12 mei 1765, secretaris.
    2. Wilhelmina, in Oss gedoopt op 1 april 1768.

 

7. Johanna, geboren in Eersel op 5 mei 1730, daar gedoopt op 7 mei. Johanna wordt lidmaat op 28 februari 1748, vier dagen na de begrafenis van haar vader. Haar naam is de laatste vermelding van de naam Peijpers in het lidmatenregister van Eersel. Johanna is in Oss begraven op 10 januari 1807.

 

8. Theodora, geboren in Eersel op 26 februari 1733, daar gedoopt op 1 maart, gestorven op 6 april en een dag later begraven.

 

9. Theodorus Matthias Bernardus, geboren in Eersel op 26 oktober 1734, daar gedoopt op 31 oktober, in Eersel overleden op 26 november 1735 en daar begraven op 27 november. 11

Actief

Willem Peijpers komt veel voor in de stukken van de classis, waarbij hij regelmatig als scriba (schrijver) optreedt. Hij legt in 1710 een getuigenis af over broer Matthias die het moeilijk heeft als praeses tijdens een rumoerige classisvergadering.12 In 1720 zegent hij hem in als predikant van Eindhoven, Stratum en Strijp. In 1716 reist Willem naar ’s-Gravenhage als vertegenwoordiger van zwager Samuel Neomagus, predikant in Vessem. In 1723 zijn Willem Peijpers en Samuel Neomagus getuigen bij de opstelling van een testament in Bladel. Verder bemiddelt hij in 1726 in een geschil tussen zijn oom dominee Petrus Waterbeek, predikant van Hapert, Bladel en Reusel, en twee ouderlingen. Getuige daarbij is dominee Joannes van Nimwegen van de Beerzen (geen familie), wiens zoon later een Neomagus-vrouw trouwt. Ook in 1734 is Peijpers aanwezig bij een verzoeningsgesprek waar alweer Petrus Waterbeek bij is betrokken. Die heeft nu onenigheid gehad met zijn collega Laets van Bladel.
In 1729 maakt Peijpers een aantekening, te vinden in het lidmatenregister van Eersel, dat hij de jaarrekening niet eerder heeft kunnen opstellen wegens een reis naar Vriesland en omdat hij collega Van den Burgh heeft vervangen wegens dodelijke ziekte van zijn vrouw Waterbeeq. Dat is mogelijk een van de zusters van zijn schoonmoeder Emilia.

Dopen

Willem treedt ook als getuige op bij andere geschillen en bijvoorbeeld ook bij het opstellen van de huwelijkse voorwaarden van de gerechtsbode van Hoogeloon en de dochter van de schoolmeester van Steensel. Tussen 1710 en 1744 doopt Willem kinderen in Bergeijk, Lommel, Son en Oerle. Soms zijn het hele ondernemingen, want Willem moet alles te voet doen. Zo ligt Eersel drie uur lopen van Eindhoven. In 1722 vinden we hem in zijn geboortestadje Orsoy als doopgetuige bij een kleinkind van wijlen zijn zus Geertruijt Meuleman-Peijpers. In 1721 bevestigt hij dominee Johan van Loo in Lommel, in 1744 dominee Adriaan Slingsbie tot predikant van Bergeijk.

Bedreigingen

Zoals zijn voorgangers Bernardus Waterbeek en Theodorus Neomagus, heeft ook dominee Willem Peijpers in het voor 99 procent katholieke en ongeveer 800 inwoners tellende Eersel te maken met een vijandige omgeving. In 1733 krijgt hij een brief waarin hij bedreigd wordt met de dood en met het in brand steken van zijn woning, tenzij hij een bepaalde som gelds legt in de holte van de ‘heilige’ lindeboom, een door de protestanten verfoeide plek. Peijpers ergert zich aan het bijgeloof rond de boom, waar mensen op hun knieën omheen kruipen om genezing of andere zaken te verkrijgen. Wellicht worden briefjes met de smeekbede in de holte van de boom gelegd. Een van de rondkruipende gelovigen moet de chantagepleger zijn want hij kan bij zijn rondgang op de knieën zien of er iets in de holte is gelegd.

 

Peijpers trekt zich de bedreigingen zeer aan, overlegt met zijn collega’s in de regio en stuurt een verslag naar de Raad van State met het verzoek om de boom te verwijderen. Het antwoord van de Raad van State is niet bekend. De boom is nog lang blijven staan. In de tweede helft van de 19de eeuw is ze bij een brandstichting verloren gegaan. 13 In 1747 heeft in Eersel een brandschatting plaats van Franse troepen. Het is niet duidelijk of de familie Peijpers-Neomagus daar direct onder te lijden heeft.

Zes lidmaten

Het aantal hervormde gemeenteleden is in Eersel, Steensel en Duisel zeer beperkt, zoals in alle katholieke Kempische dorpen. In 1734 doopt Willem Peijpers voor het eerst sinds 1720 een kind dat niet van hemzelf is. De laatste doop door Willem is in oktober 1746. Hij is kennelijk al zwak van gezondheid, want sinds 1744 dopen ook dominee Adrianus van Vierssen uit Bladel en dominee Henricus de Jongh van Oerle en Zeelst. Het lidmatenregister van Eersel noemt in 1717, bij de komst van Willem, slechts zes personen: de secretaris van Eersel, de schoolmeester van Eersel en de schoolmeester van Steensel, en hun echtgenotes. Het aantal lidmaten groeit in feite vooral door de kinderen van de dominee.
Maria Peijpers-Neomagus erft blijkbaar van haar vader Theodorus. Die koopt in 1682 de pastorie van Riethoven, die in 1688 bij een inval van Franse troepen in vlammen opgaat. Maria verkoopt de grond in Riethoven in 1720.14

Overlijdens

Het domineesgezin Peijpers-Neomagus komt zoals gezegd in november 1717 van Valkenswaard naar Eersel (hervormde gemeente van Eersel, Steensel en Duisel), waar Wilhelmus predikant is van 7 november 1717 – ook de datum waarop Maria en Willem als lidmaten zijn ingeschreven – tot zijn overlijden op 20 februari 1748, 68 jaar en vier maanden oud, aan een met de jaren erger wordende ‘uitdrogende ziekte met benauwde borst’15 De pastorie staat in Duizel, zodat Willem daar vermoedelijk is overleden. Op 24 februari heeft de begrafenis plaats in de Grote Kerk van Eersel.

 

Maria Peijpers-Neomagus, die vóór het overlijden van haar man langdurig bedlegerig is, gaat naar een van haar dochters in Oss, waar ze overlijdt. Haar begrafenis is op 18 juni 1768 in de kerk van Geffen bij Oss. Het begraafregister van Geffen meldt: Den 18 Junij is van Osch herwaarts getransporteerd en alhier in de kerk begraven Juffrouw Maria Neomagus, wed(uwe) van Dhr. Predikant Willem Peijpers, in leeven Pred(ikant) te Eersel enz.16
Dat is de kerk van Maria Magdalena, dan in handen van de protestanten. In 1801 komt deze kerk terug aan de katholieken en op 12 februari 1803 wordt er Anna van Maren gedoopt. Zij trouwt later met Daniel Neomagus en staat daarmee aan het begin van de katholieke tak van de Neomagi.

 

Bijna een eeuw lang, van 1654 tot 1748, is de predikantsplaats van Eersel onder moeilijke omstandigheden in één familie. Bernardus Waterbeek is er predikant van 1654 tot 1693, diens schoonzoon Theodorus Neomagus van 1693 tot 1716 en diens schoonzoon Wilhelmus Peijpers van 1717 tot 1748.

  1. Peijpers, Beja, Parenteel van Johan Peijpers, 1997. Verder: NL 1916, p 228-234, NL 1961, kol 461, en Taxandria 1902.↩

  2. RANB, Kerkeboek Eersel, p 273.↩

  3. PSA Brühl, TH Register Orsoy BA 2040.↩

  4. Auteurs Bots en Mélotte.↩

  5. SRE, DTB Valkenswaard, dopen 1619-1810, inv nr 9, folio 184. Ook: SRE, DTB Eersel, dopen 1619-1810, inv nr 8, folio 3 en 4.↩

  6. Vader Peijpers schrijft de geboorte en doop van zijn twee oudste kinderen later in in het doopboek van Eersel, waar hij op 7 november 1717 is bevestigd.↩

  7. GA ’s-Hertogenbosch, archief Reinier van Arkel nr. 341. Zie ook brief van Beja Peijpers aan de auteur, 9 april 1994.↩

  8. De Hendrick Peijpers die volgens Roosenboom, Dorpsschoolmeesters, van 1750 tot 1758 schoolmeester is in Heeze en Leende, is volgens Beja Peijpers een Hendrick van een andere tak of zelfs een andere Peijpersfamilie.↩

  9. Genealogie Peijpers.↩

  10. Van Alphen’s Nieuw Kerkelijk Handboek 1949↩

  11. Het begraafboek spreekt van Pijpers, ook de dominee zelf is zo ingeschreven.↩

  12. Kopie in FAJN.↩

  13. RANB, resoluties generaliteit 15 mei 1733.↩

  14. Taxandria 1920, blx. 136-137.↩

  15. KB, Boekzaal, augustus 1748.↩

  16. SAM, DTB Geffen, begravingen 1699-1795, kopie in FAJN.↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.