• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

05
DEC
2010

XII-15 Frederik Maria Florant Neomagus

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off

(1904-1950), gezagvoerder op de grote vaart,
zoon van Victor, XI-14

Op de dag af tien maanden na hun huwelijkssluiting, op 21 september 1903, krijgen Victor Neomagus en Anna Baudoin hun eerste van acht kinderen: Frederik Maria Florant. Hij ziet het levenslicht op 21 juli 1904 in Goirle, een van de vele standplaatsen van Victor als ambtenaar bij het ministerie van Financiën. De jonggeborene heet Frederik naar zijn grootvader van vaderszijde, Maria naar zijn grootmoeder Maria Juliana Vosters, ook van vaderszijde, en Florant wellicht naar zijn tante Floor, een zus van zijn vader. De roepnaam is Frits.

Zeevaartschool

Hij woont in zijn kinderenjaren in de achtereenvolgende standplaatsen van zijn vader: Terheijden, Oudenbosch, Terneuzen, Vlissingen en Rotterdam. Van mei 1910 tot december 1911 woont Frits bij zijn opa en oma in Leende.1 Frits volgt de hbs in Vlissingen, waar het gezin rond 1920 woont, en de Hogere Zeevaartschool in Rotterdam, de laatste standplaats van vader Victor. Dagblad Het Vaderland meldt op 24 september 1925 dat Frits is geslaagd voor het examen derde stuurman grote stoomvaart. Hij gaat op 31 oktober met het stoomschip Tabanon van Rotterdam naar Batavia, waar hij op 4 december aankomt en dezelfde dag in dienst treedt van de KPM, de Koninklijke Paketvaart-Maatschappij, die vanuit Rotterdam op Nederlands-Indië vaart. Hij klimt er op tot kapitein en is bij zijn overlijden een van de tachtig gezagvoerders van de maatschappij.

Stuurman

Geslaagd voor de tweede rang, 31 augustus 1929 in Pasir Gamber, Batavia. Dat staat achterop deze foto. Frits zit rechts vooraan.

In feite woont Frits in Batavia. Daar ontmoet hij eens Bertus Neomagus (1893-1972), een lid van de protestantse Neomagustak, boekhouder bij de Droogdokmaatschappij Tandjong Priok, Batavia.2 Frits begint zijn carrière in Australië op de El Libertador. Daarna doet hij dienst op de schepen Balikpapan, Maetsuyker-Sidajoe en Van Heutsz.

In Batavia slaagt hij in 1929 voor het examen tweede stuurman (krant van 17 september), waarna hij op 11 december met het stoomschip Johan de Witt van Batavia naar Amsterdam vaart voor zijn eerste verlof. Hij komt op 11 januari 1930 in Nederland aan. Medio 1931 vertrekt hij weer, gezien een bericht in een krant van 2 oktober van dat jaar dat hij zich te Batavia heeft gevestigd op het adres Molenvliet-west 14. Even later legt hij met goed gevolg het examen voor eerste stuurman af (krant van 18 december 1931).
Zijn tweede verlofperiode begint op 24 oktober 1934 wanneer hij met het motorschip Dempo uit Batavia vertrekt naar Rotterdam. De terugreis is op 27 november 1935 met het motorschip Sibajak.

Sawahloento

Frits in juni 1933.

Frits als 1ste stuurman in Soerabaya, datum onbekend.

Het archief van de KPM berust bij het Nationaal Archief in Den Haag. Er zitten geen persoonsdossiers in, wel een ‘staat van het nautisch personeel van de KPM per 1 januari 1938’. Daarin staat dat F.M.F. Neomagus ‘een goed eerste stuurman’ is aan boord van de Sawahloento. Op 1 oktober 1937 is hij bevorderd tot de eerste rang. De ‘staat’ van 31 december 1939 vermeldt dezelfde gegevens.3 Het stoomschip Sawahloento, waarop Frits enkele jaren heeft gevaren, is in 1924 gebouwd en genoemd naar de stad Sawahloento op Sumatra’s westkust, bekend om haar Ombilin-steenkoolmijnen. Een Duitse onderzeeër heeft het schip op 14 december 1942 getorpedeerd, waarbij 53 bemanningsleden het leven hebben verloren. Frits zit op dat moment in Antwerpen.

Thuis in Antwerpen

Frits, met lichte jas en hoed in de hand, in Port Said, Egypte, op 10 december 1935. Hij is dan op terugreis naar Indië na afloop van zijn tweede verlofperiode. De overige personen zijn niet bekend.

Eenmaal per vier jaar komt Frits thuis. De eerste keer zoals gezegd in januari 1930, de tweede keer eind 1934. In de jaren dertig is zijn thuis in Antwerpen, waar het ouderlijk gezin in 1927 neerstrijkt als vader Victor op zijn 55ste met pensioen gaat. Frits is, niet alleen door zijn uniform, een knappe verschijning en kan het in zijn vakanties

Marie, staande links, bij een bezoek aan Oosterhout in 1935. Naast haar Annie Neomagus-Vlamings, Victor en zijn toekomstige vrouw Bernardina van Riel. Vooraan Frits (broer van Marie) met achter hem Julia (zus van Victor).

 

goed vinden met onder anderen zijn nicht Julia uit Oosterhout. In 1940 komt hij met het motorschip Christiaan Huygens terug voor zijn derde verlof. Het schip gaat niet verder dan Genua, vanwaar hij de trein naar huis neemt. Omdat de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, kan Frits niet terug naar Indië.

Huwelijk

Trouwfoto van Frits en Maria, 15 december 1941.

Frits Neomagus en Maria Staes.

Frits’ zus Marie werkt in die jaren in de winkel van de familie Staes en raakt bevriend met Maria Josepha Staes, geboren op 13 maart 1914. Via zijn zus maakt Frits kennis met Maria, die als ongehuwde moeder een dochtertje Nicole heeft, geboren op 25 september 1937. Ze trouwen op 15 december 1941 in Grobbendonk, een gemeente ten oosten van Antwerpen in de Kempen. Samen krijgen zij op 2 december 1942 een dochter Anita (Anne). Nicole krijgt bij het huwelijk de achternaam Neomagus. Maria Staes is de dochter van Gerard Staes en Rosalia Deckx.

Overlijden Maria

Het gezin Neomagus-Staes met de kinderen Nicole (links) en Anita.

Als Antwerpen in het najaar van 1944 wordt bevrijd, roept zijn plicht hem weer. Omdat hij een aanval heeft van malariakoorts, gaat zijn vrouw op 16 april 1945 op het scheepvaartkantoor de benodigde papieren halen. Ze is op een (heren)fiets met terugtraprem waaraan ze niet gewend is. Op de Mechelsesteenweg, bij de kruising met de St. Thomasstraat en de Van Schoonbekestraat, ziet ze geen kans op tijd te remmen voor een kruisende opruimingswagen van de stad. Die rijdt haar aan en daarbij komt ze te overlijden. Een broer van Maria, postbesteller Jos Staes, is min of meer getuige van het ongeval en als een van de eersten ter plaatse. De auto is doorgereden. Advocaat Opsomer heeft voor de familie nog een proces gevoerd, zonder resultaat.

Toeziend voogd

Frits stuurt deze foto naar een van zijn kinderen; achterop staat 'Van harte, veel liefs, papa'.

Frits krijgt twee weken uitstel om de begrafenis te regelen en zijn kinderen onder te brengen. Nicole gaat naar haar oom Aloyis Staes, die een zaak in grafzerken heeft in de Pastoor Michielsstraat in het Antwerpse stadsdeel Mortsel, een broer van haar moeder. Anita komt in huis bij Pierre, wonend in de Rysheuvelstraat 28  in stadsdeel Berchem, een broer van haar vader. Aloyis Staes wordt toeziend voogd over beide meisjes. Op  5 mei 1945, minder dan drie weken na het overlijden van zijn vrouw en twee dagen voor het officiële einde van de Tweede Wereldoorlog, vertrekt Frits naar Australië, waar hij eerste stuurman wordt op het ss El Libertador, het schip waarop hij zijn loopbaan is begonnen.

Commando

Het stoomschip Generaal Michiels. Frits is daarop rond 1948 gezagvoerder. Hij stuurt de foto naar (stief)dochter Nicole met de tekst 'Voor Nicoleke, van papa'.

Vanaf 13 augustus 1947 krijgt Frits het commando over achtereenvolgens de schepen Paloh, Van Goens, Pahud, Generaal Michiels, Bandjermasin, Valentijn, Karossa en Patres.
In 1949 is Frits weer een half jaar met verlof. Hij laat met het oog op de toekomst een huis bouwen aan de Nieuwstraat 24 in het Nederlandse grensdorp Putte, ten noorden van Antwerpen. Hij is dan al in de gelegenheid om vervroegd met pensioen te gaan – tropenjaren tellen extra – maar om betere pensioenrechten op te bouwen besluit hij nog een laatste reis te maken.

Afscheid

Eind februari 1950 nemen zijn kinderen, zeven en twaalf jaar oud, in Rotterdam naar later blijkt definitief afscheid van hun vader, die als gezagvoerder met het ms Sibigo, een van de nieuwste schepen van de maatschappij, naar de Gordel van Smaragd gaat, zoals Nederlands-Indië en Indonesië wel worden genoemd. Op 8 april krijgt hij het commando over het ms Both en op 3 juli over het ms Van Outhoorn. De reis op de Van Outhoorn is Frits’ laatste reis.

Malaria…?

Begrafenis van Frits in Menado.

Nadat hij zich enkele dagen niet goed voelt, wordt hij op zijn 46ste verjaardag, op 21 juli 1950, opgenomen in een ziekenhuis van Menado, de hoofdstad van Noord-Celebes (Sulawesi) en centrum van de Minahasa, waar hij diezelfde avond om half tien overlijdt aan malaria tropica. Deze vorm van malaria kan in enkele dagen tot de dood leiden. Hoe s

Graf van Frits in Menado.

nel het met malaria kan gaan blijkt ook uit de brief die hij als gezonde kapitein een paar dagen voor zijn dood schrijft en die na zijn dood aankomt. Een dominee begraaft hem omdat men niet weet dat Frits katholiek gedoopt is. Niet verwonderlijk, want Menado en de Minahasa zijn voor een groot deel protestants-christelijk.

….of een aanslag?

In memoriam Frits Neomagus in het personeelsblad van de KPM.

Volgens dochter Nicole brengt de KPM het verhaal over de ziekte en dood van Frits op deze manier naar buiten om de aandacht af te leiden van de werkelijkheid en om de familie te beschermen. Frits zou om het leven zijn gekomen als gevolg van een schot in zijn rug. Voor geen van beide versies is een bewijs. Hoe het ook zij, Frits Neomagus staat bij zijn collega’s bekend als een zeer bekwaam zeeman,  met veel plichtsbesef en een opgewekte natuur. Hij verwerft veel sympathie en waardering. Een en ander is ontleend aan een ‘in memoriam’ in De Uitlaat, personeels- en voorlichtingsorgaan van de Koninklijke Paketvaart-Maatschappij, nummer 14, vijfde jaargang, 1 augustus 1950.

Bersiap

De mogelijkheid dat Frits bij een aanslag om het leven komt, is reëel. Het gaat rond 1950 economisch slecht met Indonesië. Het Nieuw Soerabaiasch Handelsblad bericht over een golf van stakingen en noemt ook stakingsplannen bij de Koninklijke Paketvaart Maatschappij. Journaliste Eveline Stoel doet hiernaar onderzoek voor haar in 2011 verschenen boek Asta’s Ogen over de lotgevallen van de familie Hoyer. Nederlandse leidinggevenden krijgen vaak de schuld van de crisis. Indonesiërs zien hen als een bedreiging van hun identiteit. Een aantal Nederlanders wordt vermoord, onder wie in juli 1952 suikerfabrikant George Hoyer. Hoewel de dood van Frits Neomagus twee jaar eerder is, past die in de serie gebeurtenissen vanaf 1945, de bersiaptijd. Dat is de periode van de onafhankelijkheidsstrijd van de Indonesiërs tegen de koloniale Nederlandse overheersers. Bersiap is een strijdkreet van de Indonesische vrijheidsstrijders die geweld niet schuwen. Terzijde: de familie Hoyer is verwant aan de familie Neomagus. Zie VII-6 Jacoba Roosendael-Neomagus.

Putte

Nicole en haar oom en voogd Aloyis Staes op de foto van de gouden bruiloft van Victor Neomagus en Anna Baudoin, de ouders van de in Indië gestorven Frits, september 1953.

De ouders van Frits gaan naar Putte en wonen nog zo’n tien jaar in de woning Nieuwstraat 24 tot het overlijden van Victor in 1960. De auteur, zich dan als scholier niet bewust van het familiedrama, logeert in de vroege jaren vijftig enkele keren in Putte bij zijn oudoom Victor en oudtante Anna. Moeder Anna gaat na de dood van haar man naar haar dochter Emma in Rotterdam.

Schepen

Frits’ eerste schip, de El Libertador, De Bevrijder, is in 1929 gebouwd op de werf van de KNSM in Amsterdam. In 1958 is het schip gesloopt. De El Libertador is een stoomschip, alle volgende schepen waarop Frits vaart zijn motorschepen. Het ms Balikpapan heet naar een stad op Borneo. De Maetsuyker-Sidajoe, gebouwd in 1926 en gesloopt in 1959, is genoemd naar Johan Maetsuyker, gouverneur-generaal van Ceylon en Nederlands-Indië. Ook andere schepen waarop Frits in die jaren vaart, zijn genoemd naar gouverneurs-generaal; het ms Van Heutsz naar Joannes van Heutsz. Dit schip vaart op de KJCPL, de Koninklijke Java China Pakketvaart Lijnen.
De Paloh heet naar een rivier, komt in 1937 in de vaart en is in 1958 buiten dienst gesteld. De Van Goens heet naar Rijklof van Goens, een gouverneur-generaal, evenals Charles Pahud naar wie het ms Pahud is genoemd. De Generaal Michiels ontleent zijn naam aan Andres Michiels die gouverneur is van Sumatra’s Westkust. Het ms Bandjermasin is vernoemd naar een stad op Borneo, terwijl de Valentijn zijn naam heeft gekregen van François Valentijn, een predikant die in de 17de eeuw een standaardwerk schrijft over de Oost. Het ms Both heet naar Pieter Both, het ms Van Outhoorn naar Willem van Outhoorn, beiden gouverneur-generaal van Nederlands-Indië.

  1. RANB, Bevolkingsregisters Terheijden en Oudenbosch.↩

  2. Herinnering van een van de zoons van Bertus, in de jaren tachtig verteld aan de auteur↩

  3. NA, ARA-II, archief KPM 1892-1973, toegangsnr. 2.20.58.01, inv.nr. 304.↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.