• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

14
OKT
2011

XII-2b Familie Vink

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off
De tweede vrouw van veearts Cor Neomagus is Gerritje Johanna Hubertha Vink. Ze is geboren op 23 februari 1901 in Amersfoort als dochter van Wouterus Menso Vink (geboren 12 maart 1863 in Dodewaard, overleden 22 juni 1938 in Amersfoort) en Johanna Martina (roepnaam Martine) Schoenmakers (geboren 13 oktober 1874 in Dinther, overleden 27 maart 1945 te Den Haag). Nadat Martine weduwe is geworden, woont zij in Den Haag bij haar ongehuwde Bart aan de Groot-Hertoginnelaan. Bart heeft economie gestudeerd en heeft een baan in Den Haag. Martine overlijdt in de oorlog. In verband met de oorlogshandelingen in Den Haag kan haar lichaam niet vervoerd worden.1 Martine wordt op 12 oktober 1945 herbegraven op ‘Rustplaats’ in Amersfoort, na een gezongen requiemmis in de St. Andriduskerk.
Gerritje of Gerri (ze laat zich later Gerda noemen) is het vierde kind uit het negen kinderen tellende gezin Vink-Schoenmakers, van wie er twee jong zijn overleden. Gerritje is genoemd naar haar oma Gerritje Vink-Groot Nibbelink.

Vinkennest

De familie Vink voor haar woning, het Vinkennest, links met gestreept balkon. Links vooraan geknield Gerda.

Vader Vink  is sigarenmaker in Amersfoort. Hij begint in het  klein in de binnenstad. De twee oudste meisjes moeten aanvankelijk nog meewerken en pakken de sigaren in dozen. Na een fusie in 1918 met sigarenmaker Houbaer heet het bedrijf n.v. F.M. Houbaer & Co. De familie Vink kan op den duur verhuizen naar een mooi huis met een grote tuin, Het Vinkennest.

Lerares en verpleegkundige

Gerda Vink en haar collega's van de Gereformeerde Ziekenverpleging. Gerda staat bovenaan in het midden.

Gerda haalt haar bevoegdheid als lerares fraaie handwerken en gaat in 1918 werken op de Christelijke Nationale School voor L. en M.U.L.O  in Amersfoort.2 Ze vertelt later dat ze geen orde kan houden en komt tot de conclusie dat ze het verkeerde beroep heeft gekozen. Ze wordt leerling-verpleegster in de Gereformeerde Ziekenverpleging (later Juliana Ziekenhuis) aan de Bernard ter Haarstraat in Amsterdam.

Bezoek van koningin Wilhelmina, op 20 mei 1927, aan de Gereformeerde Ziekenverpleging in Amsterdam. Gerda is er bij maar op de foto niet te onderscheiden.

Ze vindt in de verpleging haar roeping en tijdens de opleiding vriendinnen voor het leven. Op 16 april 1926  haalt ze er haar diploma ziekenverpleging A. Op 11 maart 1930 krijgt ze er de aantekening Kraamverpleging bij en in hetzelfde jaar in december de ‘Aanteekening voor Wijkverpleging’.3

Aalsmeer

Wijkverpleegster 'zuster Gerda' in Aalsmeer.

Kort hierna wordt Gerda aangesteld als wijkverpleegkundige in Aalsmeer waar ze een eigen woonruimte krijgt boven het kruisgebouw en een zelfstandig leven opbouwt. Ze raakt bevriend met het echtpaar Maarsse dat een mooi huis bewoont aan de Westeinderplas. Ze ontmoet er in 1940 haar toekomstige man, de veearts Cor Neomagus uit IJsselstein, die kort tevoren zijn vrouw heeft verloren en die nu tijdelijk in de buurt als paardenarts is gelegerd in verband met de mobilisatie. De architect Maarsse is een jeugdvriend van Cor Neomagus.

Sprankelende vonk

Wanneer Gerda voor het eerst in IJsselstein op bezoek gaat valt het huis van de veearts – ontworpen door Maarsse! – haar niet mee. Beneden achter de praktijk annex apotheek is de eetkamer nogal donker en voor de wat deftige salon moet je de trap op naar boven. Er wordt tot een verbouwing besloten. Achter het huis komt een aanbouw voor de nieuwe apotheek. De dichterlijke Cor schrijft haar op 15 juli 1940 onder andere:

Wij breken en wij bouwen thans
Aan ’t huis dat je straks wacht,
Totdat ’t geheel getuigen zal
Van fierheid en van kracht

Eerst scheen het of de glans ervan,
Voorgoed was heen gegaan
Totdat een sprankelende vonk,
Dit weer te niet deed gaan

Sopla-cigarillos

De Sopla-fabriek.

Na de eerste wereldoorlog fuseert, zoals gemeld, de producent van cigarillos W.M.Vink met sigarenmaker F.M.Houbaer. Ze produceren in Amersfoort cigarillos, kleine sigaren, onder de naam Sopla en maken veel reclame. De fabriek breidt alsmaar uit en heeft een grote productie. In 1929 zijn er 450 werknemers die per week 1,5 miljoen cigarillos maken. Op 18 februari 1929 wordt zelfs een Pander-vliegtuig aangeschaft voor spoedbestellingen en rondvluchten. Men krijgt toestemming om het  vliegtuigje te beschilderen met de naam SOPLA en zo wordt dit het eerste reclamevliegtuig van Nederland.

Het Sopla reclamevliegtuig.

Wie belangstelling heeft om een rondvlucht te maken kan zich opgeven bij zijn sigarenwinkelier. Jammer genoeg botst het vliegtuig op 4 september van hetzelfde jaar in Bruinisse tegen een dijk. Het wordt zwaar beschadigd en er zijn twee gewonden. Op 27 april 1934 verongelukt het op vliegveld Soesterberg. Het vervoermiddel wordt hierna verkocht aan de Nationale Luchtvaart School als lesvliegtuig.4 Er bestond ook een Sopla voetbalvereniging in Amersfoort. Na de oorlog ligt de productie van tabaksartikelen aan banden en zijn ze alleen verkrijgbaar met zogenaamde distributiebonnen. Dat is het bedrijf niet te boven gekomen.

Twee geloven

Foto genomen bij het 25-jarig huwelijksfeest van het echtpaar Vink-Schoenmakers. Derde van links staat Gerda.

Wouterus Vink is tijdens zijn diensttijd in Brabant verliefd geworden op Martine Schoenmakers. Hoewel hij protestant is en Martine rooms-katholiek én een echte Brabantse,  trouwen zij, in die tijd nogal ongebruikelijk, maar gezien de omstandigheden (zij is in verwachting) niet vreemd. Vink is lidmaat van de Synodaal Gereformeerde Kerk en een aanhanger van Colijn. Zijn vrouw blijft ook tijdens het huwelijk katholiek en gaat in Amersfoort ook naar de katholieke kerk. In huis worden de katholieke tradities, zoals vroeg opstaan in de kerstnacht en vasten, gerespecteerd. De kinderen gaan ook wel met hun moeder mee. Vader is tegen zwemmen op zondag, moeder heeft er geen moeite mee, iets waar de kinderen wel misbruik van maken. Moeder Martine heeft, zoals in de aanhef staat, ook een katholieke uitvaartmis gekregen. Toch beschrijft iedereen het huwelijk als bijzonder goed en de kinderen hebben groot respect voor zowel hun vader als hun moeder.

Wachtmeester

Wouterus Menso Vink is 31 jaar bij zijn huwelijk, op 22 augustus 1894, met Johanna Martina Schoenmakers, die dan 19 is. De bruid is vijf maanden in verwachting en krijgt op 17 januari 1895 een dochter: Woutera Mechelina Adriana. Het is een traditie dat het huwelijk wordt gesloten in de woonplaats van de bruid, Dinther, maar mogelijk vanwege het gedwongen karakter van het huwelijk gebeurt het in Amersfoort, de woonplaats van de bruidegom. Na Woutera krijgt het paar in Amersfoort nog acht kinderen, van wie Gijsbertus in 1911 de laatste is. Wouterus is bij zijn huwelijk overigens nog geen sigarenmaker. Hij is op dat moment wachtmeester bij een eskadron ordonnansen, zoals uit de huwelijksakte blijkt. Kennelijk is hij, ook gezien zijn leeftijd, beroepsmilitair voor hij het sigarenmakersvak kiest.

 

Wouterus komt uit Dodewaard, waar de familie Vink al vóór 1800 voorkomt. Zijn vader is ook een Wouterus Menso Vink, een koopman, geboren in 1810, overleden in 1879. Hij trouwt op zijn 43ste, als weduwnaar van Cornelia Crum, in 1853 met de 20-jarige Gerritje Groot Nibbelink uit Opheusden (1833-1892). Gerritje hertrouwt als 53-jarige weduwe in 1886 de 71-jarige weduwnaar Antonie Pelgrim (1814-1899). Het paar Vink – Groot Nibbelink (ook wel Grootnibbelink) krijgt tussen 1854 en 1874 twaalf kinderen, van wie drie kinderen met de voornaam Gerrit: Gerrit (1855), Gerrit Jan (1869) en Gerrit Willem (1871).

 

De ouders van Wouterus zijn Cornelis Vink of Vinck (1766-1833), logementhouder in Rhenen en Dodewaard, en Cornelia Agatha van Maren (1778-1814), in 1800 in Kesteren getrouwd. Cornelis is de zoon van Cornelis Vink uit Tiel (1730-1768), in 1757 getrouwd met Maria Willemse (overleden in 1768). Diens vader heet Jan Aartse Vink of Vinck, getrouwd met Johanna de Lanoij, of Le Nooij, of Lannoij. De oudst bekende voorvader is Aart Vink of Vinck, omstreeks 1680 geboren in Lienden en getrouwd met Neeltje Veenendaal.

 

De ouders van Gerritje Groot Nibbelink zijn Gerrit Willem Groot Nibbelink, in 1808 geboren in Wisch (Varsseveld) en Gijsbertje van de Pol, in 1802 geboren in Opheusden. De naam Gerrit zit dus al vanaf het begin van de 19de eeuw in de familie.

Kleermakers

De ouders van Johanna Martina Schoenmakers zijn Josephus Schoenmakers (Dinther 1845-1891) en Mechelina Bosch (Heesch 1841 – Amersfoort 1911). Ze trouwen op 23 oktober 1869 in Dinther, waar hij ‘kledermaker’ is. Zij is dan dienstmeid in Nistelrode. Ook hier is sprake van een gedwongen huwelijk. Hun eersteling is Marinus Theodorus, geboren op 12 maart 1870. Het paar krijgt daarna nog vier kinderen. Josephus’ ouders zijn kleermaker Martinus Schoenmakers (1800 – 1878) en de naaister Theodora Verstegen (1802 – 1869), die in 1835 in Uden trouwen. De ouders van Mechelina Bosch zijn ‘bouwman’ Hendrikus Bos (1803-1853) en boerin Hendrika van Balkom (1811-1886), in 1834 in Nistelrode getrouwd. De achternaam Bosch wordt vanaf de doop van Hendrikus als Bos geschreven.
Mechelina Bosch hertrouwt in 1897 in Dinther, waar ze dan woont, als 56-jarige weduwe met de 61-jarige Cristianus Vilé uit Heeswijk, weduwnaar van Sophia Gordijn.

Hervormd

Terug naar Gerda Neomagus-Vink. Zij is zoals haar vader lidmaat van de gereformeerde kerk en ze trouwt in Aalsmeer dan ook bij een gereformeerde dominee. Hoewel haar man Cor Nederlands hervormd is gaat Gerda in IJsselstein nog enige tijd op zondag naar de veel kleinere gereformeerde kerk. Na het overlijden van haar man wordt zij echter ook hervormd om de eenheid in het gezin te bewaren. In deze tijd lijkt het allemaal van weinig betekenis maar ooit is dat dus wel anders!

  1. Informatie van de 102-jarige Annie Vink-Giebel uit Voorburg, december 2016. Annie is de weduwe van Wim Vink, de jongste broer van Gerritje.↩

  2. De originele aanstellingsbrief is in het bezit van zoon Gerrit.↩

  3. Het origineel is in het bezit van zoon Gerrit.↩

  4. Voor meer informatie: http://www.houbaer.org/Sopla/Index.htm↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.