IV-4 Samuel Neomagus
(ong. 1616 – 1684), predikant,
zoon van III, Johannes
Harderwijk
Samuel studeert theologie in Harderwijk, vermoedelijk vanaf omstreeks 1635/1636. Van juni 1640 is een uitgave uit Harderwijk op naam van Samuel Neomagus, getiteld Disputationem phisicarum secunda,1 ofwel Tweede wijsgerig betoog. Weliswaar is de universiteit van Harderwijk eerst in 1647/1648 gesticht, maar ze bestaat vanaf 1599 als illustre school. Dat is een vorm van academisch onderwijs tot het niveau dat we tegenwoordig propedeuse of bachelauriaat noemen. Samuels studiebegeleider in Harderwijk is Antonius Deusing (1612-1666). Die studeert in Leiden, wordt daarna hoogleraar in de wiskunde, filosofie en geneeskunde in Harderwijk en is vanaf 1647 verbonden aan de universiteit van Groningen. Daar dragen een straat en een oud-studentenvereniging zijn naam. Andere bekende professoren zijn Linnaeus, Boerhaave en Matthias van Geuns, die er van 1775 tot 1791 hoogleraar is in de scheikunde, botanie, geneeskunde, verloskunde en vroedvrouwen opleidt. Zijn zoon Steven Jan van Geuns trouwt met een kleindochter van Jacoba Godefrida Neomagus. De universiteit is in 1811 opgeheven.
Utrecht
Franeker
Van 1641 dateert een in Franeker uitgegeven studie van Samuel, samen met Nicolaus Vedel.3 Franeker heeft al sinds 1585 een universiteit. De titel daarvan is Disputatio theologica de Sacramentorum controversiis praecipuis, quam sub umbone Nocalai Vedelii publicae subjicit ac pro ingenoii modulo defendet Samuel Neomagus Moersensis, auth. et resp. Er zitten enkele hiaten in, hetgeen de vertaling lastig maakt. Daarbij lijkt het ook nog om tekst te gaan waarin de nodige humor is verwerkt. Het gaat in ieder geval om een theologisch betoog inzake een betwiste bijzonder proces. Maar waarover? Het Latijnse umbone staat voor knop of knoop, speciaal de knoop die de tunica, een Romeins onderkleed, samenhoudt. Verder gaat het om een openbare verdediging. De toevoeging Moersensis betekent afkomstig van Moers of de regio Moers. Dat is feitelijk onjuist, want zijn geboortestadje Orsoy ligt weliswaar dicht bij Moers, maar net buiten het graafschap Moers in het Land van Kleef. Auth. et resp. betekent zoveel als auteur en degene die van repliek dient. Om het boek in te zien moeten we naar de Bayerische Staatsbibliothek in München, zo meldt de website van de wereldcatalogus.
Kandidaat
Gennep
Vrede van Munster
Classis Nijmegen
Sambeek
Twee weken later, op 1 juli 1748, vraagt de Classis Nijmegen aan Samuel Neomagus om de eerste predikant te worden in Sambeek. Hij komt enkele dagen later in Sambeek aan,7 samen met de eerste gereformeerde schoolmeester, de uit Nijmegen afkomstige Bartholomeus Stremmius. Samuel Neomagus doet op 2 augustus zijn intrede ‘zonder dat hij er hervormde inwoners vond’, zoals te lezen is in het Limburgse Jaarboek van 1896 in een verhaal over het katholicisme in het Land van Cuijk. Samuel is hiermee de eerste predikant Neomagus in Staats-Brabant.8
Huwelijk
Dochter
Doopgetuige
Plaatsvervanger
Onenigheid
Paaps
Rampjaren
Kerktoren
Niet vermogend
Overlijden
In 2004 gevonden op de website www.knaw.nl/publicaties.↩
Bron van de inschrijving: Album Studiosorum Academiae Rheno-Traiectinae, J.L. Beijers en J. van Boekhoven, Utrecht 1886, opgenomen op de in 2007 uitgebrachte CD-rom Nederlandse alba studiosorum en promotorum.↩
De informatie staat anno 2008 op de website www.worldcat.org.↩
In 2008 gevonden op de website www.kirche-in-kapellen.de/historisches↩
Numaga 1970, p 34. Ook in De Maasgouw, jg 89 – 1970, p. 25.↩
Duisburg Konsistonalakten deel I 1635 – 1660, met dank aan Beja Peijpers.↩
Uit ’t Duvelklökske nr 14, René Klaassen, openbare bibliotheek Boxmeer. Het geslachtsregister van Samuel Neomagus uit 1764 noemt abusievelijk Millingen in plaats van Gennep. Kreischer noemt alleen Gennep ‘im Kölner Land’.↩
Naam-Lyst der Predikanten van De Jongh uit 1756: ‘als proponent beroepen te Sambeek voor den eersten predikant 1648’. Ook Numaga noemt 1648. Van Alphen houdt het in zijn Nieuw Kerkelijk Handboek ten onrechte op 1649.↩
NL 1904.↩
Kreischer, Baerl, p 28.↩
NL 1961.↩
Bijlage bij Predikanten van Groenhuis.↩
BHIC, trouwaktes Grave, inv.nr. 1437, pag. 86↩
Van Alphen, Nieuw Kerkelijk Handboek 1949.↩