• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

09
MRT
2010

IV-4 Samuel Neomagus

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off

(ong. 1616 – 1684), predikant,
zoon van III, Johannes

De op 97-jarige leeftijd in 1664 in Baerl gestorven dominee Johannes Neomagus heeft zes kinderen, drie zoons en drie dochters. De oudste zoon Hendrich is de stamvader van de Hollandse tak van de familie, de tweede zoon Johannes is de stamvader van de Brabantse tak. Samuel, de derde en jongste zoon heeft geen mannelijke nakomelingen.
Als regel is een student rond zijn 25ste klaar met zijn studie theologie. Samuel is in 1641 kandiaat-predikant. Dat betekent dat Samuel het levenlicht ziet omstreeks 1616 en wel in Baerl. Hij groeit vanaf 1625 op in het buurstadje Orsoy, waar vader Johannes noodgedwongen meer dan vijftien jaar woont omdat de gemeenteleden van Baerl geen kans zien om de door oorlogsgeweld afgebrande pastorie van Baerl te herstellen.

Harderwijk

Samuel studeert aan de universiteit van Harderwijk, waarvan deze gebouwen resteren.

 

Nog een foto van de vroegere universiteit van Harderwijk.

Samuel studeert theologie in Harderwijk, vermoedelijk vanaf omstreeks 1635/1636. Van juni 1640 is een uitgave uit Harderwijk op naam van Samuel Neomagus, getiteld Disputationem phisicarum secunda,1 ofwel Tweede wijsgerig betoog. Weliswaar is de universiteit van Harderwijk eerst in 1647/1648 gesticht, maar ze bestaat vanaf 1599 als illustre school. Dat is een vorm van academisch onderwijs tot het niveau dat we tegenwoordig propedeuse of bachelauriaat noemen. Samuels studiebegeleider in Harderwijk is Antonius Deusing (1612-1666). Die studeert in Leiden, wordt daarna hoogleraar in de wiskunde, filosofie en geneeskunde in Harderwijk en is vanaf 1647 verbonden aan de universiteit van Groningen. Daar dragen een straat en een oud-studentenvereniging zijn naam. Andere bekende professoren zijn Linnaeus, Boerhaave en Matthias van Geuns, die er van 1775 tot 1791 hoogleraar is in de scheikunde, botanie, geneeskunde, verloskunde en vroedvrouwen opleidt. Zijn zoon Steven Jan van Geuns trouwt met een kleindochter van Jacoba Godefrida Neomagus. De universiteit is in 1811 opgeheven.

Utrecht

Op 30 augustus 1640 is Samuel Neomagus ingeschreven aan de in 1636 opgerichte universiteit van Utrecht.2 Als plaats van herkomst wordt Clivensis genoemd, Kleef. Zijn geboortestadje Orsoy ligt in het Land van Kleef. Waarschijnlijker heeft Samuel zijn vooropleiding gehad aan de Latijnse School in Kleef, waar zijn vader rector is geweest. Vandaar Kleef als plaats van herkomst.

Franeker

Binnenplaats van de vroegere universiteit van Franeker.

 

Van 1641 dateert een in Franeker uitgegeven studie van Samuel, samen met Nicolaus Vedel.3 Franeker heeft al sinds 1585 een universiteit. De titel daarvan is Disputatio theologica de Sacramentorum controversiis praecipuis, quam sub umbone Nocalai Vedelii publicae subjicit ac pro ingenoii modulo defendet Samuel Neomagus Moersensis, auth. et resp. Er zitten enkele hiaten in, hetgeen de vertaling lastig maakt. Daarbij lijkt het ook nog om tekst te gaan waarin de nodige humor is verwerkt. Het gaat in ieder geval om een theologisch betoog inzake een betwiste bijzonder proces. Maar waarover? Het Latijnse umbone staat voor knop of knoop, speciaal de knoop die de tunica, een Romeins onderkleed, samenhoudt. Verder gaat het om een openbare verdediging. De toevoeging Moersensis betekent afkomstig van Moers of de regio Moers. Dat is feitelijk onjuist, want zijn geboortestadje Orsoy ligt weliswaar dicht bij Moers, maar net buiten het graafschap Moers in het Land van Kleef. Auth. et resp. betekent zoveel als auteur en degene die van repliek dient. Om het boek in te zien moeten we naar de Bayerische Staatsbibliothek in München, zo meldt de website van de wereldcatalogus.

Kandidaat

Kennelijk is Samuel in 1641 klaar met zijn theologische studie. Hij dingt dan, samen met vijf andere kandidaten, naar de vacante plaats in het niet ver van Baerl gelegen Kapellen, waar dominee Henrich Knorren is overleden. Pas in het voorjaar van 1643 wordt daar Matthias Vorstius uit Neukirchen benoemd, getrouwd met een dochter van zijn voorganger Knorren.4 Samuel dringt niet door tot de laatste drie. De grote belangstelling voor een predikantsplaats in het kleine Kapellen geeft aan, dat er een overschot aan predikanten is. Van de zes kandidaten zijn er vier zoons van predikanten.

Gennep

Samuel gaat in het vroege voorjaar van 1643 naar het ook tot het Land van Kleef behorende, nu Noord-Limburgse Gennep. De Nederduitse gereformeerde gemeente van Gennep bestaat al vanaf 1548 en is sinds 1572 vertegenwoordigd op de kerkvergaderingen van de Synode van Kleef. Lange tijd heeft Gennep geen eigen predikant en komt een waarnemer vanuit Goch. In 1643 komt Samuel als ’theologisch kandidaat’ naar Gennep.5 Op woensdag 29 april 1643 bespreekt het bestuur van zijn classis 6 enkele Ehesachen – huwelijkszaken – waaronder die van Samuelis Neomagi, Prediger zu Gennep, und Franciscen de Warra.

Vrede van Munster

Op 16 mei 1648 komt de Vrede van Munster tot stand die een eind maakt aan de Tachtigjarige Oorlog tussen de Nederlanden en Spanje. Zeven Noord-Nederlandse provincies kunnen voortaan zelfstandig verder gaan als de Verenigde Nederlanden. Ze krijgen er grote delen van de huidige provincies Noord-Brabant, Limburg en Zeeland bij als op de Spanjaarden veroverde gebieden. Ze vallen onder de Staten-Generaal in Den Haag. Vandaar de naam Generaliteitslanden voor het geheel en Staats-Brabant voor Noord-Brabant. De Nederduitse gereformeerde religie wordt de bevoorrechte godsdienst. Katholieken mogen hun geloof niet meer in het openbaar uitoefenen.

Classis Nijmegen

De afkondiging van de Vrede van Munster heeft plaats op 5 juni en al op 8 juni 1648 komt een aantal predikanten bijeen in de Stevenskerk van Nijmegen. Ze vertegenwoordigen de Classis Nijmegen van de Gelderse Synode, zeg maar het bestuur van het gereformeerde gebied waartoe nu ook Sambeek behoort. De prins van Oranje wil het Land van Cuijk reformeren. De Nijmeegse vergadering heeft tot taak om in het gebied vier gekwalificeerde predikanten te benoemen. Op 10 juni worden de katholieke kerken gesloten, de katholieke geestelijken verdreven en de katholieke schoolmeesters ontslagen. Op 17 juni bezoeken afgevaardigden van de prins het dorp Sambeek. De St.Janskerk – officieel de kerk van de Onthoofding van Johannes de Doper – wordt aan de gereformeerden gegeven. Sambeek krijgt een gereformeerde predikant, koster en schoolmeester. Ze hebben hun inkomsten deels van de kerkelijke roggepachten, voorheen de inkomstenbron van de katholieke leidsmannen.

Sambeek

Bericht over de intrede van Samuel in Sambeek waar hij geen hervormde inwoners aantreft.

 

Twee weken later, op 1 juli 1748, vraagt de Classis Nijmegen aan Samuel Neomagus om de eerste predikant te worden in Sambeek. Hij komt enkele dagen later in Sambeek aan,7 samen met de eerste gereformeerde schoolmeester, de uit Nijmegen afkomstige Bartholomeus Stremmius. Samuel Neomagus doet op 2 augustus zijn intrede ‘zonder dat hij er hervormde inwoners vond’, zoals te lezen is in het Limburgse Jaarboek van 1896 in een verhaal over het katholicisme in het Land van Cuijk. Samuel is hiermee de eerste predikant Neomagus in Staats-Brabant.8

Huwelijk

Het is niet duidelijk of Samuel in 1643 wel of niet trouwt met Franciscen de Warra, over welke ‘ehesache’ zelfs het bestuur van de classis Duisburg vergadert. In ieder geval trouwt hij met Johanna Schieten.9 Schieten is ook de achternaam van de tweede vrouw van Samuels vader Johannes, die in 1628 trouwt met Mechelt Schieten,10 gestorven in 1656. Het ligt voor de hand te denken aan een familierelatie: Johanna en Mechelt kunnen zussen of nichten zijn.

Dochter

Samuel krijgt een dochter Sebilla (V-8). Zij huwt met dominee Wilhelm Mollius uit Hiesfeld.11 Hij is in 1634 in Duisburg geboren en in Hiesfeld zijn vader Heinrich opgevolgd, een zwager van Hendrich Neomagus (IV-1). Hiesfeld ligt tegenover Orsoy niet ver van de Rijn en maakt nu deel uit van de stad Dinslaken.
Zowel het huwelijk van Samuel met Johanna Schieten, als dat van zijn dochter met Wilhelm Mollius, geeft aan dat de partnerkeuze in de predikantenfamilies beperkt is. Beiden zoeken het in elk geval in de familie, zoals in deze periode vaker gebeurt bij de Neomagi.

Doopgetuige

Samuel komen we op 9 januari 1649 in de Nijmeegse doopboeken betreffende de doop van predikantskinderen tegen als een van de getuigen bij de doop van Philippus Tielenius, zoon van de Nijmeegse dominee Abraham Tielenius en zijn vrouw Maria Eilbracht. Maria’s grootvader Caspar en Samuels moeder Margaretha zijn broer en zus.12 Samuel zien we verder op 7 januari 1654 in Orsoy als doopgetuige. Hij wordt dan omschreven als ‘Samuel Neomagi, pastor zu Sambeeck’. Zijn schoonzoon Wilhelm Molhius is op 29 februari 1668 doopgetuige in Orsoy.

Plaatsvervanger

Ene C.A. van Woelderen neemt in De Nederlandsche Leeuw van 1910 in zijn rubriek ‘genealogische aantekeningen’ de doopregisters van Cuijk onder de loep. Daarin staat dat dominee Neomagus in 1673 (zonder datum) een dochter doopt van Israel Lamberts en Hendriksken Wijnen. Lamberts is onder meer schepen en kerkmeester in Cuijk. Het komt vaak voor dat een naburige dominee inspringt in geval van een vacature of ziekte. Margarit, de dopelinge, sterft in 1676, maar dit terzijde. Zo doopt Samuel in 1677 in Vierlingsbeek een kind bij absentie van de predikant.
In de loop van zijn ambtsvervulling krijgt Sambeek enkele protestanten. Zo verricht Samuel in 1680 in Sambeek de ondertrouw van een paar dat op 20 november 1680 in Vierlingsbeek trouwt. In 1682 is in Sambeek de ondertrouw van een paar van wie nadrukkelijk Sambeek als woonplaats wordt genoemd. Dit paar trouwt in Grave. 13

Onenigheid

Het is niet vreemd dat schoolmeester Stremmius voor Sambeek kiest. De kerk heeft er aanzienlijke inkomsten en hij wordt er ook koster. Maar de inkomsten vallen in de praktijk tegen. Vier schoolmeesters uit de streek bepleiten hun zaak op een classisvergadering, maar krijgen geen steun van hun predikanten. De schoolmeesters willen hun zaak in 1654 in Den Haag gaan bepleiten. Dat schiet de predikanten in het verkeerde keelgat. De zaak wordt in der minne geschikt. Vanaf 1657 krijgen de schoolmeesters een traktement van 200 gulden per jaar In 2015 vergelijkbaar met 4350 euro) in plaats van inkomsten uit de roggeoogst. Dit bedrag verandert anderhalve eeuw lang, tot de Franse tijd, niet.

Paaps

De Sambeekse schoolmeester heeft in 1654 ook een conflict met zijn eigen predikant Neomagus, die – volgens de schoolmeester – onvriendelijk tegen hem is. Met name in zijn functie als koster is dat vervelend. Op hun beurt hebben de schepenen van Sambeek het nodige aan te merken op de schoolmeester, die naar hun oordeel niet ijverig is en amper werkt. In 1658 vraagt Neomagus niettemin aan zijn collega’s of hij het huwelijk mag inzegenen van de gereformeerde schoolmeester met een paaps (katholiek) vrouwspersoon, Jenneken Dirks van Gulick. Neomagus krijgt toestemming! De klachten over de schoolmeester houden aan. Bij zijn jaarlijkse visitatie in 1659 vragen gereformeerde inwoners van Sambeek aan de vertegenwoordiger van de classis om meester Stremmius te ontslaan omdat hij nalatig is in het schoolhouden. Ouders worden genoodzaakt hun kinderen naar elders te sturen. Bovendien heeft het huwelijk met een paapse voor opschudding gezorgd. Stremmius blijft evenwel tot zijn dood in 1668.

Rampjaren

In het ‘rampjaar’ 1672 verslaan de Fransen de Staatse troepen en wordt het katholicisme ook in Sambeek hersteld. De kerk gaat terug naar de katholieken. Dominee Neomagus moet zijn pastorie verlaten en de benoeming van een katholieke schoolmeester en koster toestaan. Het 600 inwoners tellende dorp heeft in 1672 zo’n 800 Fransen ingekwartierd. Na twee jaar keert de oude situatie terug. De gereformeerden nemen weer bezit van kerk en pastorie.

Kerktoren

Neomagus kan uiteraard niet bevroeden dat voor Sambeek ook 1702 en 1944 rampjaren zijn. Op 11 maart 1702 slaat de bliksem in en wordt de kerk verwoest. Pas in 1738/1739 en met hulp van de katholieke gemeenschap, volgt het herstel. De kleine protestantse gemeenschap waardeert dat. Ze heeft voor haar gebedsdiensten voldoende ruimte onder de toren en de katholieken kunnen weer in de kerk terecht. Op 6 december 1800 kopen de katholieken kerk en toren terug voor 1100 gulden (nu 7770 euro). Op 4 oktober 1944 wordt de kerk bij oorlogshandelingen opnieuw zwaar beschadigd. De kerk is niet herbouwd. De 63 meter hoge zware toren, waarvoor in 1486 de eerste steen is gelegd en waaraan tot 1532 is gebouwd, in wier schaduw dominee Samuel Neomagus bijna zesendertig jaar werkt, beheerst nog steeds het Oost-Brabantse land. Sambeek heeft ook een duizendjarige lindeboom waaronder dominee Neomagus ongetwijfeld heeft zitten uitkijken over de Maas.

Niet vermogend

Een dominee op het Brabantse platteland is als regel niet vermogend. In 1665 laat de ambtman van Cuijk met het oog op belastingheffing een lijst opmaken van personen uit Sambeek die niet voorkomen in de kohieren (belastingregisters) van personen met een vermogen van 2000 gulden of meer. Samuel staat op die lijst van niet-belastingplichtigen.

Overlijden

Samuel overlijdt in Sambeek op 9 april 1684.14 Het is niet bekend wanneer zijn vrouw is overleden.

  1. In 2004 gevonden op de website www.knaw.nl/publicaties.↩

  2. Bron van de inschrijving: Album Studiosorum Academiae Rheno-Traiectinae, J.L. Beijers en J. van Boekhoven, Utrecht 1886, opgenomen op de in 2007 uitgebrachte CD-rom Nederlandse alba studiosorum en promotorum.↩

  3. De informatie staat anno 2008 op de website www.worldcat.org.↩

  4. In 2008 gevonden op de website www.kirche-in-kapellen.de/historisches↩

  5. Numaga 1970, p 34. Ook in De Maasgouw, jg 89 – 1970, p. 25.↩

  6. Duisburg Konsistonalakten deel I 1635 – 1660, met dank aan Beja Peijpers.↩

  7. Uit ’t Duvelklökske nr 14, René Klaassen, openbare bibliotheek Boxmeer. Het geslachtsregister van Samuel Neomagus uit 1764 noemt abusievelijk Millingen in plaats van Gennep. Kreischer noemt alleen Gennep ‘im Kölner Land’.↩

  8. Naam-Lyst der Predikanten van De Jongh uit 1756: ‘als proponent beroepen te Sambeek voor den eersten predikant 1648’. Ook Numaga noemt 1648. Van Alphen houdt het in zijn Nieuw Kerkelijk Handboek ten onrechte op 1649.↩

  9. NL 1904.↩

  10. Kreischer, Baerl, p 28.↩

  11. NL 1961.↩

  12. Bijlage bij Predikanten van Groenhuis.↩

  13. BHIC, trouwaktes Grave, inv.nr. 1437, pag. 86↩

  14. Van Alphen, Nieuw Kerkelijk Handboek 1949.↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.