VIII-1 Jan Hendrik Neomagus
Comments : Off
(1737-1770), apotheker,
zoon van Johannes, VII-1
In de Gasthuiskerk te Delft doopt dominee Engelberts op 10 februari 1737 Jan Hendrik, eerste kind van gasthuisapotheker Jan Neomagus en zijn vrouw Geertrui(d) de Vroom.1 Getuigen bij de doop zijn oom Pieter de Vroom en grootmoeder van moederszijde Marina van Kouwenhoven, ook beschreven als Martina van Cowenhove. Later wordt Jan Hendrik, om verwarring met zijn vader te voorkomen, aangeduid als Johannes jr.
Proef
Johannes jr. haalt op 7 september 1757 zijn apothekersdiploma. In het ‘boek van ontfangst ende uijtgaaf’ van het Collegium Medico-Pharmaceuticum Delphense wordt op 13 september 1757 een nota vermeld van de Wed. Jacob van de Splinter te Noordwijk voor de levering van de groene kruiden voor de proef van Neomagus. De rekening beloopt drie gulden en achtstuivers, inclusief ‘vragt en brieveport’.2
Junior is kennelijk in de leer geweest bij zijn vader. Die wil namelijk in 1756 een apotheek vestigen in zijn woonhuis aan de Koornmarkt, mede met het oog op de proef die zijn zoon een jaar later aflegt. De regenten geven geen toestemming, maar de zoon slaagt toch!

Kwartiermeester
In die tijd wordt Johannes jr. kwartiermeester van het tiende kwartier. Delft bestaat uit zestien kwartieren, een vorm van wijkindeling, met het oog op de belastingadministratie en andere bestuurlijke zaken. Het tiende kwartier ligt rond de Gasthuislaan. Die functie heeft hij tot 11 december 1760, omdat hij dan kennelijk verhuist, gezien de mededeling: uijt ’t quartier vertrokken.4
Huwelijk
Johannes jr. trouwt op 10 oktober 1762 in Delfshaven – ondertrouw op 11 september in Delft5 – met Anna Verbruggen, gedoopt in Kampen op 23 december 1730, overleden in ‘s-Gravenhage op 9 oktober 1820, dochter van luitenant Philippus Verbruggen en Hendrica Mulder. De later in deze tak van de familie Neomagus tot op de dag van vandaag voorkomende naam Philippus, komt dus van zijn schoonvader.
Verbrugge(n)
Anna Verbruggen vraagt, samen met haar broers en zusters, in 1783 vergeefs aan stadhouder Willem V om de vrijlating van haar broer Philippus Verbrugge. Dat is een spraakmakend politiek journalist en uitgever van bladen. Peter van Wissing heeft een biografie over hem geschreven onder de titel ‘De kwaadaardige bedrijven van Philippus Verbrugge (1750-1806)’. Deze Philippus heeft de slot-n van zijn achternaam weggelaten. Hij studeert theologie in Leiden en wordt in 1778 predikant in Koedijk. Daar krijgt hij onenigheid met de diakenen hetgeen leidt tot zijn afzetting in 1782. Sindsdien is hij ‘broodschrijver’ met zeer omstreden standpunten, aanvankelijk als patriot tegen de Oranjes, later als medestander. Hij belandt ‘wegens oproerige daden’ enkele malen in de gevangenis. Na zijn eerste vrijlating, in 1784, wordt hij verbannen uit Holland, studeert en promoveert hij in Duisburg, trouwt tussendoor in Den Haag, en woont – buiten Holland – in Ginneken, Waalwijk en Orsoy (bij Kleef). Hij blijft actief met ‘eerrovende en lasterlijke’ publicaties, woont in 1801 in Nordhorn en vanaf 1803 in Amsterdam. Daar worden hem zijn burgerrechten ontnomen. Hij sterft er in 1806.
Kinderen
Als Johannes jr. en Anna trouwen hebben zij al een zoon:
* Johannes, geboren te Delft op 10 augustus 1761, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 20 augustus. Onecht, staat er bijgeschreven. Volgt IX-1. De andere kinderen zijn:
* Philippus Hendricus, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 14 augustus 1763, vermoedelijk het ‘baarkind’ dat op 25 november 1769 begraven is in de Oude Kerk. ‘Baarkind’ betekent een kind waarvan het kistje op de baar is gedragen, dit in tegenstelling tot ‘armkind’, van wie het kistje op de arm is gedragen. Een ‘baarkind’ is als regel ouder dan een jaar.
* Johanna Christina, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 12 mei 1765. Volgt IX-2.
* Engelbertus, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 9 oktober 1766, aldaar begraven op 12 augustus 1769.
* Cat(h)rina Martina, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 25 oktober 1767, als ‘baarkind’ in de Oude Kerk begraven op 15 januari 1768.
* Engelbertus Theodorus, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 21 mei 1769.6 Volgt IX-3.
* Philippina, gedoopt in de Nieuwe Kerk op 16 september 1770. Volgt IX-4.
Zwaar gezin
Jan heeft zijn eerste kind vóór zijn huwelijk gekregen, zijn laatste kind na zijn dood. Immers, Jan wordt op 20 april 1770 – 33 jaar – als Johannes Neomagus de Jonge in de Oude Kerk van Delft begraven, zijn dochter Philippina komt vijf maanden later ter wereld! Bij zijn overlijden blijft Anna achter met drie kinderen van 1, 2 en 6 jaar en een kind in haar buik. In de negen jaar van hun relatie baart moeder Anna zeven kinderen, van wie er drie jong sterven. Zij overleeft Jan ruim 50 jaar en overlijdt op 9 oktober 1820 in Den Haag, waar zij al in 1788 woont en waar ook een zoon en een kleinzoon wonen. Mogelijk is ze tussentijds toch nog enige tijd in Delft woonachtig, want het Delftse gemeentebestuur ontvangt op 20 september 1803 een readmissie van ‘s-Gravenhage betreffende Anna Verbruggen. Readmissie of een verklaring van indemniteit is verklaring dat iemand in de nieuwe woonplaats niet ten laste komt van de armenzorg.
Waarnemer
Apotheker Johannes jr. is kennelijk nooit als zelfstandig apotheker gevestigd. Zijn vader heeft als gasthuisapotheker in 1756 een vergeefse poging gedaan om voor zichzelf te beginnen in zijn woning aan de Koornstraat ten gunste van zijn zoon. Die heeft de apotheek overigens wel waargenomen in de periode dat zijn vader minder goed is gaan zien. Na zijn ontslag als gasthuisapotheker in 1763 is vader Jan kennelijk als zelfstandig apotheker verder gegaan, waarbij de dagelijkse leiding bij zijn zoon heeft gelegen.
Van 1770, het jaar van het overlijden van zijn zoon, tot 1784, het jaar dat hij zelf sterft, staat vader Jan er weer alleen voor, hoewel zijn kleinzoon Jan hem dan vermoedelijk al wel terzijde staat. Niet zoon Jan, maar kleinzoon Jan neemt de apotheek over.
GA Delft, DTB, doopboek, inv. 91a, folio 12v.↩
Dr. D.P. Oosterbaan, Zeven eeuwen geschiedenis van het Oude en Nieuwe Gasthuis te Delft, Delft 1954.↩
Bosman, p 229, afb 42.↩
GA Delft, klappers requesten en officien, fiche 13.↩
GA Delft, trouwboek.↩
GA Delft, DTB, doopboek, resp. folio 174, 189, 204v, 216v, 9, 26 en 103. Voor de begravingen: DTB, begraafboek. Het ‘baarkind’ is te vinden bij inv.no. 51.↩