XI-10 Bertilia Ulalia Frederika Neomagus
(1866-1942), winkelierster,
dochter van Frederik, X-12
Voornamen
Het eerste kind krijgt van moeder Julia de namen Bertilia Ulalia Frederika. Bertilia heeft als roepnaam Tilly en heet naar haar tante Tilly, Til of Tilleke, zus van Julia. Deze tante heet officieel ook Bertilia Ulalia (1846-1931), die op haar beurt is vernoemd naar haar tante Bertilia Torfs (1825-1905). Er zijn drie heiligen met de naam Bertilla, van wie Bertilla van Maroilles het meest als patroonheilige van Tilly Neomagus in aanmerking komt. Het is een Belgische heilige, overleden in 687. In Klein Brustem bij Sint Truiden staat een kapelletje om haar (en haar twee zusters) te vereren. Wie eerder in de familie Ulalia heet, is niet bekend. Maar de naam Ulalia is voor moeder Julia belangrijk genoeg om later ook een andere dochter die naam te geven: Emerentia Ulalia (1880-1961). Eulalia van Mérida is de meest gevierde martelares van Spanje. Ze stierf op 12-jarige leeftijd in het jaar 304. Frederika is een duidelijke verwijzing naar de vader: Frederik Neomagus.
Vrijgezel
Tilly blijft vrijgezel. Vermoedelijk helpt ze in het gezin met tien kinderen, in die tijd heel gewoon voor de oudste dochter. Ze woont na de pensionering van vader Frits in Ekeren bij Antwerpen, waar de familie in juli 1898 een kruidenierswinkel begint. Tilly is dan bijna 32 jaar. Ze verblijft daarna overigens enige tijd in het Belgisch-Kempische Veerle (van oktober 1898 tot oktober 1899 en in 1906),2 een dorp nabij Eynthout (Eindhout) en Tessenderlo, de respectieve geboorteplaatsen van haar moeder en haar grootmoeder. Wellicht is ze in Veerle bij familie.
Winkelierster
Laiterie Neomagus
Minzaam
Tilly is, blijkens het bidprentje, vriendelijk en minzaam. Als belijdend katholiek is ze lid van de Derde Orde van St. Franciscus, een lekencongegratie, en van enkele broederschappen. Ze sterft op 21 juni 1942 in Antwerpen.6