XI-13f Bevolkingsregistratie
Comments : Off
Om te achterhalen waar een Neomagusgezin woont en wie de gezinsleden zijn, maak ik in Nederland dankbaar gebruik van het bevolkingsregister van een bepaalde gemeente, Oosterhout bij voorbeeld. Een gemeente kent twee soorten van registratie: de burgerlijke stand (BS), ingevoerd in de Franse tijd (meestal 1811), die momenten in het leven vastlegt: geboorte, huwelijk, overlijden. En het bevolkingsregister (BR), ingevoerd in 1850. Iedere tien jaar wordt daarna een nieuw BR aangelegd, gebaseerd op de volkstelling van het voorbije jaar. Zo bevat het BR van 1 januari 1850 de gegevens van de volkstelling van 1849.
De eerste volkstelling is in 1795 gehouden, het jaar van de oprichting van de Bataafse Republiek. Op basis van de volkstellingen van 1816 en 1829 is een bevolkingsregistratie opgezet met alleen de naam van de inwoner. Van veel gemeenten zijn deze registers verloren gegaan. In 1849 is wettelijk de invoering van het BR geregeld, zoals dat tot 1920 bestaat. In 1971 is de laatste volkstelling mislukt. Een oproep om niet mee te werken vanwege de privacy vindt gehoor.
Veel gegevens
Het BR, vaak een kolossaal boekwerk, bevat alle denkbare gegevens van de bewoners van een huis. Niet alleen de gezinsleden komen er in voor, ook huishoudelijk personeel, kostgangers (commensaals), inwonende grootouders, kleinkinderen, neven en nichten. Verder de data van aankomst in en vertrek uit de gemeente, de gemeente van herkomst en de nieuwe gemeente, beroep, godsdienst, burgerlijke staat, relatie tot het hoofd van het gezin (echtgenote, zoon, dochter), beroep, eventuele datum van overlijden en het adres: wijk of straat met huisnummer. Iemand die vertrekt of sterft wordt doorgehaald. Verhuist het hele gezin, dan gaat er een grote streep door. Daaronder komen de gegevens van de nieuwe bewoners.
Oosterhout
De pagina’s in een BR zien er daardoor vaak rommelig en slecht leesbaar uit. Maar ze leveren mij een schat aan gegevens op. Bijvoorbeeld over het gezin van mijn grootouders Neomagus-Weijermans, wanneer het zich in Oosterhout vestigt, wanneer het verhuist en naar welk adres. Ik stel vast dat Poliet al een half jaar voor zijn huwelijk in Oosterhout komt wonen. Ook zie ik wanneer de zoons naar een kostschool of seminarie gaan en wanneer ze daarvan terugkomen. En naar welke gemeenten dochter Liesje gaat om er in een tehuis te gaan wonen voor mensen met een verstandelijke beperking. Wie er als kostgangers in huis zijn en wanneer. Een BR geeft soms verrassende informatie die in de familie niet (meer) bekend is of waarover niet wordt gesproken, zoals ik zelf heb ervaren.
Gezinskaart
De gemeente Rotterdam maakt in 1880 als eerste gebruik van gezinskaarten (en kaarten voor alleenstaanden). Dit systeem wordt vanaf 1920 in alle gemeenten gebruikt. Eind jaren dertig – officieel per 1 januari 1940 – is de gezinskaart vervangen door de persoonskaart. Die bestaat nog steeds, zij het nu in digitale vorm.
Openbaar
De bevolkingsregisters en gezinskaarten zijn tot en met 1939 openbaar, (bijna) allemaal op micofiches gezet en zo in te zien in de gemeentelijke of regionale archieven. Ook de historische centra in de provincies (voorheen rijksarchieven) hebben steeds meer kopieën van bevolkingsregisters. Bovendien staan ze in toenemende mate op het internet.
Persoonskaart
De persoonskaarten zijn (nog) niet in te zien, maar een kopie van de persoonskaart van een overledene kan vanaf twee jaar na het overlijden tegen betaling worden opgevraagd bij het Centraal Bureau voor Genealogie. Bepaalde gegevens, bijvoorbeeld over justitiële zaken, zijn daarop afgedekt. Ook van deze mogelijkheid maak ik zeer regelmatig gebruik. Ze geven onder meer aan op welke adressen iemand in zijn leven woont.
België
Tot 1830 zijn Nederland en België één land. Ook in België zijn dus registers aangelegd op basis van de volkstellingen van 1816 en 1829. Daarna is België ‘eigen’ volkstellingen gaan houden, vanaf 1880 tot 1980 iedere tien jaar.
JN