• Home
  • Genealogie
    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie
  • Nieuws
  • Weblinks
  • Contact
  • Colofon

Blog Post

10
SEP
2010

XII-12 Adrianus Josephus Johannes Neomagus

Posted By : Jos Neomagus
Comments : Off

(1908-1983), etaleur,
zoon van Poliet, XI-13

Op de Markt in Oosterhout ziet op 27 september 1908 Adrianus Josephus Johannes Neomagus het levenslicht, roepnaam Dré of André  Hij is de zesde van de acht kinderen van postbesteller Poliet Neomagus en sigarenwinkelierster Anna Weijermans. Omdat de oudste jong sterft, gaat Dré in de praktijk door als het vijfde kind, tevens de vijfde zoon. Peter en naamgever is verificateur Adrianus (Janus) Weijermans (1874-1940), de jongste broer van moeder Anna. Meter is Janus’ eerste vrouw Anna van den Camp (1871-1929).

Heimwee

André (vooraan) op een sterk uitvergrote foto. Wie de andere kinderen zijn is niet bekend.

Dré is net 13 geworden als hij in september 1921 naar het seminarie van de Kruisheren in Uden gaat, waar ook zijn oudere broer Frits op school is. Moeder Anna wil het liefst dat al haar zonen priester worden. Maar Dré heeft heimwee. Zijn brieven naar huis waarin hij schrijft dat het hem niet bevalt, worden gecensureerd, zodat de familie in Oosterhout lang denkt dat het goed gaat met Dré. Tot hij kans ziet zelf een brief te posten. Zijn ouders halen hem dan direct van school, zo vertelt in augustus 1985 Dré’s weduwe.

Thuis trekt hij veel op met zijn ruim een jaar oudere broer Victor. Die heeft een tijdje op de kostschool van de Broeders van Huybergen gezeten, en dat is ook de volgende bestemming van Dré. Op 13 september 1922 schrijft de gemeente Uden hem uit naar Huybergen. Maar hij blijft ook daar niet lang. In augustus 1923 komt hij terug naar Oosterhout. In november 1923 verhuist Dré naar het seminarie van de paters Lazeristen in Wernhout, waar eerder zijn oudste broer Leo is schoolgegaan. Dré haakt ook daar af en komt in februari 1924 definitief thuis.1

Zuure, Bloemen en Langenberg

Dré op een gezinsfoto uit 1924.

Dré is een handige jongen. Hij komt als 15-jarig hulpje bij de firma Christiaan Langenberg, een zaak in stoffen en garnituren op de Markt. In de volksmond wordt de winkel ook Raming genoemd, naar de zaak in Breda waarvan het enige tijd een filiaal is. Maar ook Bloemen is een gangbare naam voor de winkel, naar Cecilia Bloemen (1860-1934) die de zaak lang leidt. Zij is een zus van Langenbergs schoonmoeder Josephina Bloemen 1849-1897), getrouwd met Johannes Zuure (1842-1903). Dit paar heeft drie dochters, van wie Suzanna Zuure in 1919 met Amsterdammer Christiaan Langenberg trouwt. In de woning boven de winkel woont, als hij met verlof is, ook de Witte Pater Bernhard Zuure, die mogelijk voor Dré’s broer Frits de inspirator is geweest om ook Witte Pater te worden.

Raming en Pennock

Dré  leert bij Langenberg etaleren en heeft er verkering met een zus van Jeanne de Jong, die ook bij Langenberg werkt en met Dré’s broer Ignaat trouwt. Als Dré zo’n zeventien jaar is, maakt hij de overstap naar de zaak van Raming in Breda. Vervolgens is hij in vaste dienst bij Pennock in Breda, waar hij eerste etaleur-decorateur wordt. Raming en Pennock zijn in de vooroorlogse jaren de toonaangevende mode- en manifacturenzaken van de stad. In juni 1930 gaat hij ook in Breda wonen. Het bevolkingsregister van Oosterhout schrijft hem uit als winkelbediende.

Huwelijk

Het bruidspaar Neomagus-Vlamings, 1934. Op de achtergrond zijn moeder Anna Neomagus-Weijermans.

Bij Raming ontmoet hij Annie Vlamings, officieel Anna Maria Vlamings, in de gemeente Ginneken en Bavel geboren op 29 januari 1909 als dochter van veilingmeester Cornelis Vlamings en Johanna Vermeeren. Annie of Ans heeft twee jaar op de naaischool gezeten en is toen verkoopster geworden, eerst als veertienjarige in de speelgoedzaak van Kamp-Bohnen in Breda, vervolgens bij Vroom en Dreesmann en van haar 18de tot haar 25ste is ze verkoopster-caissière bij Raming. Na ruim zes jaar ‘verkering’ trouwen ze op 30 mei 1934 in Ginneken, waarna het paar gaat wonen aan het Oranjeplein in Breda

Sigarenzaak

Annie Neomagus-Vlamings in de sigarenzaak in Oosterhout.

Als een meisje trouwt kan ze volgens de katholieke moraal van de jaren dertig niet blijven werken. En als ook kinderen uitblijven doet Annie wat haar schoonmoeder na haar huwelijk doet: een sigarenzaak beginnen. Annie heeft korte tijd een ‘filiaal’ van de sigarenzaak van haar schoonouders, op de Markt E3, in het pand naast het geboortehuis van haar man!2
Ze wonen er van 25 februari tot 16 september 1936 en gaan dan terug naar Ginneken. Later is aan de Markt 3 met meer succes sigarenzaak Spapens gevestigd.

Etalagedienst

Nog in hetzelfde jaar 1936 verhuizen Dré en Annie naar de Burgemeester Buysenstraat in Breda3 en naar de Tilburgseweg 84, in 1941 naar de Moleneindstraat 14 en in 1954 naar de Moleneindstraat 16a, later vernummerd naar 18, in Heusdenhout, voorheen behorend tot de gemeente Nieuw-Ginneken, nu een wijk van Breda. Die laatste woning is er een van het type twee-onder-een-kap met douche, vaak een luxe in die jaren. In de Moleneindstraat 14 heeft André een telefoonaansluiting: nummer 5564. In de telefoongids noemt hij zijn eenmanszaak: Etalagedienst.

Zelfstandig

André verzorgt de stand van zijn broer Victor op de middenstandstentoonstelling Mento 56, van 8 t/m 24 juni 1956 in Oosterhout gehouden. Er komen meer dan 100.000 bezoekers op af.

Tijdens zijn dienstverband bij Raming en Pennock doet Dré er ’s avonds etaleurswerk voor derden bij. Vanaf 1938 is hij zelfstandig reizend etaleur die voor eigen rekening en risico werkt. Hij verzorgt tegen een vaste prijs de etalages van modewinkels in de hele regio van Breda en Oosterhout, ook wel in Zeeland en Limburg. Hij heeft zijn vaste klanten bij textiel-, dames- en herenmodezaken en gaat er per fiets en trein heen. In zijn woonplaats Oosterhout te voet op weg naar de hbs, ziet de auteur zijn oom André met een zekere regelmaat aan het werk in de etalage van herenmodezaak Bernard van de Groen in de Arendstraat. Hij richt ook stands in voor exposities, op middenstandstentoonstellingen, en dergelijke.

Kinderen

Dré en Annie hebben vijf bij de burgerlijke stand ingeschreven kinderen:
1. Een levenloos kind van het mannelijk geslacht, op 2 december 1936 in de gemeente Ginneken en Bavel geboren en overleden.4 Vader André doet zelf de aangifte. De ambtenaar formuleert het aldus: ‘… welk kind hij mij als levenloos verklaarde aan te geven.’ Moeder Annie bevalt in Moederheil aan de Valkenierslaan, in welke straat ook haar moeder woont. Moederheil is een tehuis voor ongehuwde moeders. Annie krijgt bij hoge uitzondering toestemming om er als getrouwde vrouw te bevallen.5
2. Een levenloos kind van het mannelijk geslacht, op 19 september 1938 in de gemeente Ginneken en Bavel geboren en overleden, een van een tweeling. Een 64-jarige Hubertus Verhoeven doet aangifte.
3. Een levenloos kind van het mannelijk geslacht, ook op 19 september 1938 geboren en overleden, een van een tweeling. De geboortes zijn om half vier en kwart voor vier ’s morgens.6 Volgens moeder Annie hebben de drie zogenaamd ‘doodgeboren’ kinderen wel korte tijd geleefd.
4. Hippolitus Lambertus Fredericus Adrianus (Rob), geboren op 5 juni 1942 te Breda-Heusdenhout. Volgt XIII.
5. Johanna Maria Julia (Mieke), geboren op 24 februari 1944 te Breda. Volgt XIII.

Magneet

In 1956 maakt Dré de overstap naar Waalwijk-Baardwijk. Hij gaat er per 1 februari 1956 als verkoper en filiaalchef werken bij de Meubel- en Manufacturenmagazijnen De Magneet van Jacques Klerx, (niet te verwarren met de meubelzaak van Piet Klerkx (kx) en een wijdvertakte familie Klerks (ks) in Drunen en omgeving), waar hij al een kwart eeuw als etaleur komt. De familie verhuist in februari 1956 naar het Laageinde en laat een huis bouwen aan de Hugo Verrieststraat 2, dat in oktober 1956 wordt betrokken.7 Dré wordt per 30 december 1959 ontslagen, maar gaat daarmee niet akkoord en eist een schadeloosstelling.
Hij begint een babyspeciaalzaak in Waalwijk-Besoyen, voorheen de kapsalon van de familie Kees.8 In het contract met J. Klerx is een concurrentiebeding opgenomen. Dré mag binnen een bepaalde afstand van Klerx geen winkel beginnen op straffe van een dwangsom van 500 gulden per dag. Dré is van mening dat het concurrentiebeding vanwege zijn gedwongen vertrek niet geldt. Hoewel hij tot aan de koningin probeert zijn zaak te redden, moet hij met zijn babyspeciaalzaak stoppen. De auteur, dan in Waalwijk werkzaam, redigeert voor zijn oom Dré tevergeefs tal van brieven over deze kwestie.
In 1961 kan Dré als etaleur-verkoper terecht in warenhuis Kombi van Piet Klerkx, geen familie. De affaire met De Magneet wordt op 31 mei 1963  afgesloten met een arrest van de Hoge Raad. De casus is opgenomen in een uitgave van Wolters Kluwer en leerstof voor studenten in de rechten. 9.

Zakenvrouw

Annie speelt bij deze ontwikkelingen een belangrijke rol. Haar opleiding bestaat weliswaar slechts uit de huishoudschool en wat extra naaicursussen, ze is een pientere zakenvrouw. Annie is ook een trotse en zeer verzorgde vrouw, erg modebewust. Tegelijk is het een goede echtgenote, trots op haar kinderen, die een onbezorgde jeugd hebben, zo schrijft dochter Mieke op 18 januari 2009.

Overlijdens

In 1972 wordt Dré ziek. Na vanaf 1976 bijna zeven jaar in huize Eikendonk verpleegd te zijn – waar zijn vrouw hem dagelijks bezoekt! – sterft hij daar op 3 januari 1983. Met hem gaat een beminnelijk, aardig, hulpvaardig en voorkomend lid van de familie Neomagus heen. Zijn vrouw Annie woont inmiddels op een appartement aan de Esdoornstraat. In 1989 gaat ze naar een kamer in huize De Vossenberg in Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand, waar ze op 1 september 1991 overlijdt.

  1. RAT, BR Oosterhout, 1921-1938, fiche 778.↩

  2. RAT, BR Oosterhout 1921-1938, inv.nr. 17-216, fiche 687.↩

  3. De informatie komt van Annie, maar dit adres komt niet voor op de persoonskaart.↩

  4. BHIC, BS Ginneken en Bavel, 1936, akte 165.↩

  5. Informatie van dochter Mieke dd 8 september 2010.↩

  6. BHIC, BS Ginneken en Bavel, 1938, aktes 120 en 121.↩

  7. In 2020 nog steeds de woning van dochter Mieke.↩

  8. De auteur is in 1961-1964 journalist bij het Brabants Dagblad in Waalwijk en in pension bij de weduwe Kees.↩

  9. Gerrit Neomagus uit Schiedam komt de zaak tijdens zijn studie tegen; een kopie van het arrest – 11 vel formaat A4 –  in FAJN↩

About the Author

Social Share

    Categorieën

    • Inleidend deel
    • Eerste generaties
    • Delftse apothekers Neomagus
    • Nuenese predikant Neomagus
    • Protestantse Hollandse tak
    • De protestantse Brabantse tak
    • De katholieke Brabantse tak
    • Neomagus, geen familie

    Recente aanvullingen

    • XIII-23 Anna Josephina Martha Van Camp-Neomagus 8 november 2021
    • XIII-7 Hendrik Cornelis Neomagus 12 april 2021
    • Aanvullingen per 15 januari 2021 15 januari 2021
    Copyright © 2010 Neomagus.nl. Alle rechten voorbehouden.