X-10 Louis Neomagus
(1828-1859), molenaarsknecht, commies en militair,
zoon van Daniel, IX-17
Naam
Uden
Opvoeding
Oost-Indië
De Koninklijke Bibliotheek in Den Haag lost het raadsel over Louis Neomagus in het voorjaar van 2010 op. Ze zet dan de belangrijkste kranten op het internet.3
Louis treffen we op 22 oktober 1861 aan in een bericht in De Noord-Brabanter: Van wege het ministerie van Koloniën is openbaar gemaakt de staat van nalatenschappen, afkomstig van onderofficieren en verdere manschappen, behoord hebbende tot de landmagt in Oost-Indië, waarvan de saldo’s, om derzelver gering bedrag, niet onder het beheer der Weeskamer te Batavia gesteld, door de regthebbenden bij het Departement van Koloniën behooren te worden ingevorderd. Daaronder treffen wij de namen en geboorteplaatsen der volgende personen met het bedrag hunner nalatenschap als:
Stamboek
Naast de Koninklijke Bibliotheek zit het Nationaal Archief. Louis komt voor in het Stamboek der Onderofficieren en manschappen van mindere graden van het Detachement Suppletie Troepen van het Koloniaal Werf Depot. Het is een kolossaal boek van ongeveer 37 bij 50 centimeter, opengeklapt een meter breed!4
Louis is op 22 mei 1855 van Harderwijk, waar het werfdepot is gevestigd, vertrokken naar Rotterdam en daar op 23 mei met 125 collega’s ingescheept op de Jacoba Helena. Op 26 mei gaat de Jacoba Helena vanuit Hellevoetsluis naar zee. Louis is net 27 jaar geworden. De Johanna Helena is een in 1840 gebouwd fregat, een dwarsgetuigde driemaster, behorend tot de vloot van reder Willem Ruys, later de grondlegger van de Rotterdamsche Lloyd. Het schip heeft tot 1858 gevaren.
Grote mond
Het stamboek bevat veel informatie. Zo staan er de namen van de ouders in, de geboorteplaats Breda en de geboortedatum 24 mei 1828. Ook de gemeente waar hij het laatst heeft gewoond: Hooge, Lage Mierde en Hulsel. Verder vinden we zijn fysieke kenmerken: lang: 1 el, 7 palmen, 2 duimen en ” strepen, aangezicht: lang, voorhoofd: hoog, ogen: grijs, neus: gewoon, mond: groot, kin: rond, haar: bruin, wenkbrauwen: idem, merkbare tekenen: geen. Ziedaar een Neomagus anno 1855. Wat de lengte betreft, de opgegeven maten komen overeen met een lengte van 1,72 meter. De el is tot 1820 ongeveer 69 cm, afhankelijk van de streek. De maat is gebaseerd op de lengte van de onderarm (ellepijp). Bij de invoering van het metrieke stelsel wordt de el gelijkgesteld aan een meter. De palm is een decimeter, de duim een centimeter, de streep een millimeter. In 1870 worden deze namen afgeschaft.5
Jager te paard
In de rubriek Van tevoren gediend, waar en hoe lang, op welke wijze daarvan afgegaan staat nog veel meer over Louis Neomagus. Hij is een loteling van de lichting 1847 uit Bladel, dan de woonplaats van zijn ouders, en blijkt op 28 april 1847 bij het 5de Regiment Infanterie te zijn ingedeeld als milicien (dienstplichtige) voor de tijd van vijf jaar. Op 11 juli 1848 gaat Louis in dienst, maar vanaf 4 december 1848 heeft hij ‘onbepaald verlof’. Vervolgens zien we hem op 27 januari 1855 ‘vrijwillige geengageerd’ als jager bij het Regiment Jagers te Paard voor de tijd van zes jaar met een handgeld van 20 gulden, in 2015 vergelijkbaar met 173 euro. Op 7 mei 1855 gaat hij naar het Koloniaal Werfdepot met een nieuwe verbintenis voor de tijd van zes jaar, zonder handgeld, in te gaan op de dag van de inscheping naar de overzeese bezittingen, bestemd voor het wapen der Kavallerie in Oost-Indië. Het feit dat Louis nu geen handgeld krijgt en maar kort in Harderwijk verblijft, heeft mogelijk te maken met zijn eerder vervulde dienst.