(1746-na 1779), wolwever,
zoon van Johannes Gerhardus, VII-9

Kinderen

• Eberhard, gedoopt op 29 augustus 1766, met als toevoeging ‘getauft in pred. Haus’. Met andere woorden, omdat Anna haar kind anderhalve maand na  haar huwelijk krijgt is de doop niet in de openbaarheid van de kerk maar in de beslotenheid van het huis van de predikant. Het is een goede gewoonte de oudste zoon te vernoemen naar de grootvader van vaderszijde.  Die heet Arnoldus. Een Eberhard komt tot dan in de familie niet voor. Het enige aanknopingspunt is Eberhardine Böbender, de vrouw van schoolmeester Johann Schürmann. Eberhardine is bovendien een aangetrouwd familielid. In  1720 trouwt Margaretha Neomagus in Orsoy met Jan Henrich Böbender. Margaretha zegt oom en tante tegen Arnold en Jenneken, de grootouders van Peter. Eberhard sterft op 5 mei 1774 en is op 7 mei begraven.
• Gerhard, geboren op 7 oktober, gedoopt op 9 oktober 1768. Hij is kennelijk wel vernoemd naar zijn grootvader Gerhard. Volgt IX-6a
• een doodgeboren kind, geboren en begraven op 9 maart 1771.
• Hendrich, gedoopt in of na januari 1772. Verder niets van bekend.
• Catharina, geboren op 16 februari, gedoopt op 19 februari 1775. Mogelijk is dit de Anna Catharina die op 2 november 1781 in Orsoy sterft.
• Everhard (met de v), geboren 24 maart, gedoopt 25 maart 1779. Dit is het eerste jongetje dat geboren is na het overlijden van de eerste Eberhard in 1774 en krijgt daarom dezelfde voornaam. Het komt vaker voor dat de letters b en v door elkaar worden gebruikt. Van Everhard is verder niets bekend.